V=20,005 mL natriumthiosulfaat gebruikt = 0,020005 L gebruikt.
Molariteit natriumthiosulfaat was 0,100 mol/L
n=0,020005 x 0,100 = 2,005 x 10^-3 mol
Als men kijkt naar de molverhouding van de reactievergelijkingen, dan staat de thiosulfaat in overeenstemming met die van de Cu2+ -ionen.
Er was dus 2,005 x 10^-3 mol Cu2+ aanwezig in de 10mL oplossing. In de anode ruimte zat geen 10 mL, maar 25, dus: 2,005 x10^-3 x 2,5 x 10^3 = 5,0125 mmol Cu2+