Aha… carbonaat kan twee ionen opnemen dus ontstaat er koolzuur wat een instabiel zuur is en zich splitst in water in: CO2 + H2O.
Tot zover snap ik wat er aan de rechterkant van de vergelijking staat. Maar nog steeds niet waarom er in het antwoordenboek ook HSO4- aan de linkerkant staat. Immers, H2SO4 splitst zich volledig in de ionen SO4- en H3O+. Het deeltje HSO4- ontstaat niet, als je zwavelzuur in water oplost.
Ook staat er in tabel 45A van binas dat CaSO4 matig oplost, dus wel oplost, terwijl in het antwoord staat dat het CaSO4 dat ontstaat vast is.