Reageer op: Reactievergelijking
replyOver de vraagbaak

Vraagbaak scheikunde

Reageer op: Reactievergelijking

#168651

Beste Louise,

Eigenlijk geef je het antwoord waarom dit zo is al zelf!

Je zegt Ca heeft een 2+ lading als ion en is dan Ca2+ terwijl C6H5Oeen 3- lading heeft en dus C6H5O73- is… als ik dat samen in een verhoudingsformule plaats (we laten voor nu even het hydraat buiten beschouwing want dat had je al goed gedaan) dan wordt dat:

(Ca2+)n(C6H5O73-)m

waarbij de letters n en m aangeven in welke verhouding ieder deeltje aanwezig is in de formule.

Om de totale plus lading even groot te laten zijn aan de totale minlading, heb je

– 3 Ca2+deeltjes nodig want 3x 2+ = 6+, dus n=3

– 2 C6H5O73-deeltjes nodig want 2x 3- = 6-, dus m=2

En binnen een verhoudingsformule moet de totale pluslading gelijk zijn aan de totale minlading om een neutraal zout te vormen. Dat wordt dan

(Ca2+)3(C6H5O73-)2

Omdat het calciumion een enkelvoudig ion is, laten we de haakjes weg in de formule terwijl dit niet mag bij het samengestelde ion C6H5O73-. Tot slot laten we ook de ion-ladingen weg, want dat hebben we zo afgesproken. Dus het juiste antwoord (zonder hydraat) is dan:

Ca3(C6H5O7)2

Is dit zo voor jou duidelijk?

Groeten,
Yvette

Inloggen voor experts