Vraagbaak scheikunde
structuurformules
Vak
Scheikunde
Niveau
Vwo
Onderwerp
Buiten de categorieën
Leerjaar
4
- Dit onderwerp bevat 1 reactie, 1 deelnemer, en is laatst geüpdatet op 6 maanden, 3 weken geleden door akyvanderbeek.
-
AuteurBerichten
-
NatalieGast
Hallo, bedankt voor het antwoorden van de vorige vragen het heeft geholpen dankuwel! Ik heb weer vragen:
1. Wanneer moet je carbonzuur gebruiken als uitgang en wanneer zuur?
2.In mijn boek lieten ze de structuurformule zien van methylpropaanzuur, maar ze geven niet aan waar de methyl hoort, ik zou denken dat het 2-methylpropaanzuur zou horen te zijn…
akyvanderbeekExpertBeste Natalie,
1. Als er een zuurgroep(COOH) in een verbinding aanwezig is gebruik je als achtervoegsel zuur en dan telt de C van de zuurgroep mee in de langste keten. De verbinding CH3CH2COOH is daarom propaanzuur. De C van de COOH groep is altijd het 1e C atoom. Als er nog zijgroepen aanwezig zijn bv Cl aan het andere uiteinde dan heet de verbinding 3- chloorpropaanzuur. Zijn er 2 COOH groepen verbonden dan heet de verbinding dizuur. Als er 3 COOH groepen aanwezig zijn kunnen er maar 2 COOH groepen in de hoofdketen zitten. Daarom worden alle 3 COOH groepen als zijgroep gezien en wordt hiervoor carbonzuur gebruikt. Je moet dan wel aangeven aan welke C atomen deze zitten. De hoofdketen wordt dan korter, want de C van de COOH groep telt nu niet mee in de hoofdketen.
2. Als je methylpropaanzuur tekent (structuurformule) dan kan de methylgroep alleen aan het 2e C atoom gebonden zijn. Als de methylgroep aan het 3e C atoom zou zitten, dan is de langste keten 4 C atomen geworden en heet de verbinding butaanzuur. In de naam 2-methylpropaanzuur geeft het getal 2 geen extra informatie en wordt daarom weggelaten.
Ik hoop, dat het duidelijker is geworden. Laat het anders maar weten.
Groeten,
Aky van der Beek
-
AuteurBerichten
Bekijk ook eens