Vraagbaak scheikunde
Reactievergelijking bij verbranding
Vak
Scheikunde
Niveau
Vwo
Onderwerp
Reacties
Leerjaar
3
- Dit onderwerp bevat 1 reactie, 1 deelnemer, en is laatst geüpdatet op 4 jaren, 7 maanden geleden door Justus Weustink.
-
AuteurBerichten
-
DorcasGast
Hoi, ik kom hier niet uit kan iemand mij misschien helpen?
Geef de reactievergelijking van de verbrandingsreactie van C12H26.
En als er sprake was van een onvolledige verbranding van koolstof hoe de reactie vergelijking dan was.
Ik dacht zelf dat koolstof CO zou worden, maar kwam niet echt verder omdat ik de vraag hiervoor niet snapte.Justus WeustinkExpertHoi Dorcas,
Bij volledige verbranding is zuurstof in overmaat aanwezig. Dat betekent dat alle koolstoffen in CO2 worden omgezet en alle waterstoffen tot H2O. Je hebt goed begrepen dat bij een onvolledige verbranding (een deel van) de koolstof tot CO reageert! Soms wordt er ook wat CO2 gevormd. Hoeveel, dat hangt van de situatie af. Ik denk dat je bij deze vraag moet puzzelen met de verhoudingen in de vraag. Als tip: Als eerst reageren alle H-atomen tot water. Hoeveel O-atomen heb je dan nog om van alle C-atomen CO of CO2 te maken?
Als dit niet helpt, zou je dan de vraag door kunnen sturen? Misschien ook de vraag ervoor als je die ondertussen nog niet hebt opgelost. Fijne middag!
Justus
DorcasGastSorry dit is de hele context en dan met de drie vragen.
Een andere brandstof die wordt gebruikt in raketten is de stof kerosine. Dit is een verzamelnaam voor verschillende stoffen, waar onder andere de stof C12H26 in voorkomt. Dit is een stof waarbij zeer veel energie vrijkomt als deze wordt verbrand. C12H26 wordt onder andere gemaakt door een veel groter koolstofmolecuul in stukken te breken.
Geef de reactievergelijking van de ontleding van het grote koolstofmolecuul C26H54 in C12H26 en een andere stof.
Geef de reactievergelijking van de verbrandingsreactie van C12H26
Leg uit wat er anders zou zijn aan de reactievergelijkingen bij de vorige vraag als er sprake was geweest van een onvolledige verbranding.
koolstofJustus WeustinkExpertHallo Dorcas,
Voor de eerste vraag kun je kiezen: één of twee C12H26 moleculen uit het grote molecuul halen. Wat er dan over blijft is de andere stof.
Voor de tweede vraag gaat het om een volledige verbranding. Dat wil zeggen: Je hebt voldoende zuurstof aanwezig om alle koolstof en waterstof in CO2 en H2O om te zetten. Tip: reken uit hoeveel zuurstof (O2, niet O!) je hiervoor nodig hebt. Daarna kun je de vergelijking oplossen.
Bij vraag 3 zit je inderdaad op het goede spoor: er is onvoldoende zuurstof voor de reactievergelijking van vraag 2, dus wordt er ook CO gevormd.Laat je weten of het zo lukt? Ik ben vooral benieuwd naar je antwoord op vraag 2. Het gevormde CO2 is natuurlijk in de gasfase. Welke fase denk je dat H2O krijgt? Vloeibaar of gas?
Justus
DorcasGast1. Geef de reactievergelijking van de ontleding van het grote koolstofmolecuul C26H54 in C12H26 en een andere stof.
C26H54(I) -> 2C12H26(I)+ C2H2(g)2.Geef de reactievergelijking van de verbrandingsreactie van C12H26.
C12H26 (I)+ 18,5O2(g)-> 12CO2(g) + 13H2O
2C12H26(I) + 37O2(g)-> 24CO2(g) + 26H2O3. C12H26 + 12,5O2-> 12CO + 13H2O
2C12H26(l)+ 25O2 -> 24CO + 26H2OHoe kan ik trouwens goed weten of iets l, s, aq, g is?
Justus WeustinkExpertHallo Dorcas,
De reactievergelijkingen kloppen. Goed gedaan!
Over de fase: (aq) betekent opgelost in water. Ionen in een reactievergelijking zijn altijd (aq).
De andere drie zijn lastiger te bepalen. Kleine, lichte moleculen zijn meestal (g). Grotere moleculen vaak (l) en metalen/zouten zijn meestal vast (s).
Bij deze vraag kun je aannemen dat het gevormde water in de gasfase is. Als je kerosine verbrandt zit je namelijk ver boven de 100 graden. Als de fase van een stof gevraagd wordt zal het meestal wel duidelijk zijn.Succes verder!
Justus
DorcasGastHeel erg bedankt!
Justus WeustinkExpert=)
-
AuteurBerichten
Bekijk ook eens