Tekenen van een oplossing
topicOver de vraagbaak

Vraagbaak scheikunde

Tekenen van een oplossing

5 berichten aan het bekijken - 1 tot 5 (van in totaal 5)
  • Auteur
    Berichten
  • #168627 Reageer
    Louise
    Gast

    Hallo,

    Bij een opdracht moest ik de oplossing tekenen van calciumcitraat op microniveau. Daarbij was gegeven dat de concentratie opgelost calciumcitraat in de overgebleven oplossing heel laag is, 0,02 M, maar niet nul.

    Volgens het antwoordenboekje zou het een rondje moeten zijn met daarin Ca2+ met daaromheen 4 keer, 3 losse bolletjes waarbij het H bolletje het dichtste bij het Ca2+ rondje zat. Bij het C6H5073- was ook een rondje getekend, ook is daar 4 keer, 3 losse bolletjes getekend, alleen hier zitten de H rondjes het dichtste bij de C6H5073- De O en H bolletjes zitten er nu ook met een vierkant omheen.

    Ik begrijp niet, hoe je kan weten hoe je zoiets moet tekenen. Wanneer moeten de O er het dichtste bij en wanneer de H en wanneer moet het eromheen worden getekend in een rondje en wanneer in een vierkant. Ook snap ik niet hoe je weet dat er 4 H20 moleculen omheen zitten.

    Alvast bedankt!

     

    #168636 Reageer
    docent Dick
    Expert

    Beste Louise,

    Je schrijft ‘Volgens het antwoordenboekje zou het een rondje moeten zijn met daarin Ca2+ met daaromheen 4 keer, 3 losse bolletjes waarbij het H bolletje het dichtste bij het Ca2+ rondje zat.’ Dat vind ik vreemd!!!

    Als je een zoutoplossing (in water) hebt, worden de ionen gehydrateerd.

    Je geeft dit in een vergelijking weer met: Ca3(C6H507)2 (s) +ag —> 3 Ca2+(aq) + 2 C6H5073-(aq).

    Op microschaal teken je een calciumion als bolletje met daarom heen watermoleculen die met hun O-kant naar het calciumionen zijn gekeerd. Want een watermolecuul is een dipool.

    Er zijn 4 watermoleculen om een calciumion getekend, omdat men soms stelt dat er twee keer zoveel watermoleculen om een ion zitten als zijn lading bedraagt, maar dat is arbitrair.

    Weet je waarom een watermolecuul een dipool is?

    Weet je waarom een watermolecuul met zijn O-kant naar het calciumion is gekeerd?

    Bij een citraation teken je de watermoleculen om het bolletje citraat met de H-kant van de watermoleculen naar het citraat gericht.

    Is je duidelijk waarom de watermoleculen nu zo gericht zijn?

    Ik hoop dat bovenstaande uitleg je helpt.

    Als je nog een vervolgvraag hebt, dan zien we die graag tegemoet.

    Met vriendelijke groet,

     

    Dick

    #168645 Reageer
    Louise
    Gast

    Hi,

    Bedankt, alleen ik snap niet helemaal hoe je nu kunt weten of het H-bolletje dichterbij moet of het O-bolletje.

    Alvast bedankt!

    #168652 Reageer

    Hoi Louise,

    Dick had al eerder een antwoord geschreven voor jou, maar helaas is dit verdwenen in de krochten van het internet. Hij is op dit moment niet beschikbaar dus ik neem het even over.

    De bindingen tussen een waterstofatoom en een zuurstofatoom is polair. Dat wil zeggen dat beide atomen niet ‘even hard trekken’ aan het gedeelde elektronenpaar (de atoombinding) tussen het waterstofatoom en zuurstofatoom.

    Als je even niet meer weet wat een atoombinding en/of een gedeeld elektronenpaar is, dan kun je hier een kort uitlegfilmpje vinden: https://exactwatjezoekt.nl/hulp-bij-leren/uitlegfilmpjes/hoe-vormt-een-atoombinding.

    Het zuurstofatoom trekt ‘harder’ aan het gedeelde elektronenpaar. daardoor is het zuurstofatoom een klein beetje negatief geladen en het waterstofatoom een klein beetje positief geladen. Ook dat kun je terugkijken in een uitlegfilmpje: https://exactwatjezoekt.nl/hulp-bij-leren/uitlegfilmpjes/polair-en-apolair-dipool-dipoolbindingen-en-waterstofbruggen

    Een watermolecuul heeft door deze polaire bindingen dus een kant die een beetje positief geladen is (de kant van de H’tjes) en een kant die negatief geladen is (de kant van de O’tjes).
    Als watermoleculen een ion omringen dan geldt dat positief en negatief elkaar aantrekken. Dus als het ion positief geladen is, dan wordt het watermolecuul aangetrokken met de negatieve kan van het watermolecuul, dus met de kant van de O’tjes. Daarom teken je de kant van de O’tjes richting een positief geladen ion.

    Als je een negatief geladen ion tekent met daaromheen watermoleculen dan zal de positief geladen kant van het watermolecuul aangetrokken worden door het negatief geladen ion en dus zitten de H’tjes van water nu richting het negatief geladen ion.

    Is het zo duidelijker voor je? Zo niet, dan laat het maar weten!

    Groeten,
    Yvette

    #168657 Reageer
    Louise
    Gast

    Hi,

    Nogmaals, heel erg bedankt! Het is nu helemaal duidelijk!

5 berichten aan het bekijken - 1 tot 5 (van in totaal 5)
Reageer op: Tekenen van een oplossing
Je informatie:



vraagbaak icoon zuur en base
Scheikunde | Vwo | 5
Vraag
zuur en base
Hallo, ik snap volgende reactie ook niet: een overmaat van een oplossing van mierenzuur reageert met vast calciumcarbonaat. het antwoord is: 2 HCOOH + CaCO3 -> H2O + CO2 + 2 HCOO-  Ik snap niet hoe het kan dat er links wel Ca staat, maar rechts niet. ik had zelf namelijk 2 HCOOH + CaCO3 […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Zuur-base
Scheikunde | Vwo | 5
Vraag
Zuur-base
Hallo, Bij een opdracht moet ik de volgende reactievergelijking opstellen: een oplossing van zwavelzuur reageert met een overmaat van natronloog. Ik had: H2SO4 + 2OH- -> SO42- + 2 H3O+ Echter moest het volgens het antwoord zijn: HSO4- + H3O+ + 2OH- -> 3 H2O + SO42- Ik snap niet hoe ze aan HSO4- komen aangezien […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Vervanging van zetmeel door fluorescence dye
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
Vervanging van zetmeel door fluorescence dye
Hii, Wij zijn twee V6 leerlingen die bezig zijn met ons PWS. Wij hebben het over de Briggs-Rauscher oscillerende reactie. Wij hebben bij meerdere documenten gelezen dat het zetmeel wat wordt gebruikt om triiodide aan te tonen te vervangen is met een fluorescence dye. Weet iemand hoe dit proces werkt en hoe wij dit moeten […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Kwalitatieve analyse
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
Kwalitatieve analyse
Geachte helper, Ik moet een kwalitatieve analyse uitvoeren, waarbij ik moet achterhalen welk van de volgende oplossingen gegeven is: Aantonen welke van de volgende oplossingen: oxaalzuur-oplossing, zwavelzuur-oplossing, natronloog of kalkwater, aanwezig is in de reageerbuis. Nu heb ik een tabel gemaakt, met daarin overzichtelijk weergeven wat de stoffen zijn en wat voor functies ze kunnen […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon fotonen
Scheikunde | Havo | 4
Vraag
fotonen
Ik doe een project, waarbij ik moet uitleggen wat fotonen zijn alleen kan ik niks vinden. Hebben jullie toevallig nog links naar goede site’s of zelf uitleg?? Alvast bedankt!
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon fasen van stoffen in een reactievergelijking
Scheikunde | Vwo | 5
Vraag
fasen van stoffen in een reactievergelijking
Goedemiddag. Ik ben momenteel bezig met zuur-basereacties. Ik loop alleen ergens tegenaan; hoe weet ik bij het opstellen van zo’n reactie in welke fase zo’n beginstof zich bevindt, kan ik dat in Binas vinden of moet ik dat gewoon weten? Soms schrijf ik (aq) op, maar is het (l), of andersom. Heel af en toe […]
Bekijk vraag & antwoord
studiehulp icoon 10 tips om uitlegvideo’s effectief te gebruiken
Vmbo | Havo | Vwo
Leertip
10 tips om uitlegvideo’s effectief te gebruiken
Haal meer uit het kijken van uitlegvideo's met deze tips.
Bekijk de tip
vraagbaak icoon Zuren en basen
Scheikunde | Vwo | 4
Vraag
Zuren en basen
Hallo, Ik moet bij deze opdracht een reactievergelijking opstellen, maar ik snap het niet helemaal. Ik moet de reactievergelijking geven als bariumoxide en verdund azijnzuur bij elkaar worden gevoegd. Ik dacht dat het antwoord CH3COOH (aq) + BaO (aq) -> Ba 2+ (aq) + CH3COO-. Het antwoord moest BaO + 2CH3COOH -> Ba2+ + H2O […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon azijnzuur en zuur-base
Scheikunde | Vwo | 4
Vraag
azijnzuur en zuur-base
Hallo, Bij een reactievergelijking van een zuur-base reactie moet ik de scheikundige naam weten van azijnzuur. Volgens Binas is dit ethaanzuur. Ethaan is C2H6 en zuur is H3O+, maar het antwoordenboekje geeft CH3COOH aan. Is dit een zuur waarvan je de naam gewoon uit je hoofd moet leren? Want ik snap de naamgeving niet helemaal. […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Uitleg vraag 22 van scheikunde examen 2023 eerste tijdvak.
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
Uitleg vraag 22 van scheikunde examen 2023 eerste tijdvak.
Hoi, ik begrijp vraag 22 niet helemaal, in het correctievoorschrift staat dat er 4 atoombindingen zijn, zou u aub willen uitleggen hoe ze daarop komen? Alvast bedankt!
Bekijk vraag & antwoord

Inloggen voor experts