De krachtenschaal is 1 cm ≙ 120 N.
Toelichting antwoord:
De krachtenschaal is af te lezen en te berekenen met behulp van een liniaal.
Gebruik een liniaal om de lengte van de vector Q of R te meten. In dit voorbeeld meten en rekenen we met vector Q.
Een liniaal geeft aan dat Q = 4.5 cm. In de afbeelding staat dat deze 4.5 cm gelijk staat aan 540 N. Dat betekent dat 1 cm = 540 / 4.5 = 120 N. De krachtenschaal is dus: 1 cm ≙ 120 N.
De vector van de zwaartekracht vanuit P is te tekenen als een rechte lijn vanuit P naar beneden. De zwaartekracht werkt namelijk naar beneden toe.
De grootte van deze vector is als volgt te berekenen: F1+F2 = 540 +180 = 720 N, dus Fz = 720 N.
We weten nu dat de krachtenschaal 1 cm ≙ 120 N is en de grootte van de vector is 720 N. De lengte van de vector is 720 : 120 = 6,0 cm, dus de lengte van Fz is 6,0 cm.
Toelichting puntenscore:
- Noteren van de juiste krachtenschaal: 1 cm ≙ 120 N (antwoorden van 110 N tot en met 130 N goed rekenen) = 1 punt.
- Juiste grootte van de vector: 6,0 cm = 1 punt.
- Juiste aangrijpingspunt en richting van de vector = 1 punt.
Opmerking
Als de kandidaat een onjuiste schaal heeft genoteerd, maar hier wel consequent juist mee verder heeft gewerkt, het tweede scorepunt toekennen.