Jan-Hein

Beste Bob,

Je zit aardig in de richting, de eerste stap wordt overgeslagen.

Magnesiumoxide reageert direct met de zoutzuuroplossing tot magnesiumchloride en water.

Kijk zelf even of de magnesiumchloride oplosbaar is in water. Dan kun je de theorie koppelen aan je observatie van de eindtoestand.

Met vriendelijke groet,

Jan-Hein

Beste Jayten,

A: zet de onafhankelijke variabele op de x-as (temperatuur in graden Celsius) en de afhankelijke variabele op de y-as (koolstofdioxide in gram per liter).
B: bedenk nu waarom koolstofdioxide bij een (hele) lage temperatuur wordt toegevoegd.
C: lees in de grafiek af bij welke temperatuur de cola verzadigd is als er 2,4 gram per liter koolstofdioxide zit opgelost.

Laat even weten hoe het nu gaat.

Met vriendelijke groet,
Jan-Hein

Beste Wim,

Correct, de stof smelt bij 92ºC → dus gaat van de vaste fase over in de vloeibare fase (en stolt daar ook weer→ overgang van vloeibaar naar vast).
En als zuivere stof is deze dus vast bij kamertemperatuur.

Met vriendelijke groet,
Jan-Hein

Beste Thijn,

NaOH (natriumhydroxide, natronloog) is een sterke base. Dus je oplossing mag in het afvalvat voor basisch afval.

Het waarom kwalitatief: Omdat je met NaOH gewerkt hebt en er altijd nog wel wat resten van je beginproducten aanwezig zullen zijn. Daarnaast is zeep ook een basisch product.

Het waarom kwantitatief. Zonnebloemolie bestaat voor een groot deel uit linolzuur en oliezuur, dit zijn beide C18-moleculen met een molmassa van ongeveer 280 gram/mol. De dichtheid van zonnebloemolie is 0.9 gram/cm3 -> 25 ml heeft een massa van 22,5 gram. Dit geeft 22,5 * 1/280 = 0.125 mol. De hoeveelheid reuzelwit is onbekend maar dit bestaat ook uit C18-achtige moleculen (alleen heeft reuzel meer verzadigde vetten dan zonnebloemolie). De hoeveelheid NaOH is 25 ml -> 0.025 l * 10 mol/l = 0.25 mol. Conclusie: Je hebt een overmaat NaOH gebruikt dus afval in het vat voor basisch afval.

Is dit wat je zocht?