accu
topicOver de vraagbaak

Vraagbaak scheikunde

accu

2 berichten aan het bekijken - 1 tot 2 (van in totaal 2)
  • Auteur
    Berichten
  • #1362 Reageer
    Esmee
    Gast

    Bij de elektrolyse moet de spanning niet te hoog worden opgevoerd, anders treedt een
    verschijnsel op dat men “het koken van een accu” noemt. In werkelijkheid kookt de
    oplossing in de accu niet, maar treden in de accu elektrolysereacties op waarbij gassen
    worden gevormd.

    Hierbij is de vraag: geef het ontstaan van deze gassen in de accu weer met behulp van twee halfreacties.

    Maar ik snap dus niet wat je moet doen en waarom.
    Heeft u daar antwoord op?

    #1365 Reageer

    Beste Esmee,

    Allereerst drie ‘weetjes’.
    Elektrolyse-reacties zijn ontledingsreacties met behulp van elektriciteit.
    Elektrolyse-reacties zijn dus endotherm.
    Je kunt als je de totaalreactie weet, de halfreacties afleiden.

    De halfreacties kun je ofwel in Binas tabel 48 vinden, ofwel moet je zelf opstellen afhankelijk van de klas waar je in zit.

    “Normale” redoxreacties zijn exotherm, er ontstaat bij deze reactie een spanning(sverschil) die je kunt benutten. Je krijgt dan dus stroom. Bij het opstellen van een redoxreactie volg je normaal de volgende stappen:

    1. inventariseer welke deeltjes allemaal beschikbaar zijn voor de reactie
    2. bepaal welke van deze deeltjes de sterkste oxidator en welke de sterkste reductor is (eventueel met behulp van binas tabel 48).
    3. noteer de halfreactie van de sterkste oxidator en de halfreactie van de sterkste reductor (trucje: oxidator staat ‘boven’ de reductor)
    4. vermenigvuldig de halfreacties indien nodig om ze kloppend te krijgen, tel ze bij elkaar op en streep weg wat aan beide kanten van de reactiepijl staat

    Bij iedere redoxreactie reageert de oxidator weg en ontstaat de bijbehorende (geconjungeerde) reductor. Natuurlijk reageert ook de reductor weg en ontstaat de geconjungeerde oxidator. Je krijgt dus na de reactie weer een reductor en een oxidator! De geconjungeerde reductor is echter te zwak om met de geconjungeerde oxidator te kunnen reageren, deze reactie is niet spontaan/exotherm en vindt dus niet plaats.

    Echter een zwakke reductor en een zwakke oxidator kun je wel met elkaar laten reageren in een endotherme reactie. Je moet dan spanning op je reactiemengsen zetten, in plaats van dat je reactiemengsel voor spanning zorgt. Oftewel, stroom toevoegen in plaats van dat je stroom opwekt. Dit is het principe dat we gebruiken om een batterij weer op te laden.

    Tot zover de basis van redoxreacties.
    Nu specifiek jouw vraag. Bij een redoxreactie kan er ook een te hoge spanning ontstaan waardoor de het te veel aan spanning gebruikt kan worden om niet bedoelde endotherme redox-reacties plaatst te laten vinden. Je moet nu dus vrijwel hetzelfde stappenplan volgen, maar dan voor het opstellen van een edotherme reactie:

    1. inventariseer welke deeltjes allemaal beschikbaar zijn voor de reactie
    2. bepaal welke van deze deeltjes de zwakste (precies omgekeerd want endotherm) oxidator en welke de zwakste (precies omgekeerd want endotherm) reductor is (eventueel met behulp van binas tabel 48).
    3. noteer de halfreactie van de sterkste oxidator en de halfreactie van de sterkste reductor (trucje: oxidator staat ‘onder’ de reductor)
    4. vermenigvuldig de halfreacties indien nodig om ze kloppend te krijgen, tel ze bij elkaar op en streep weg wat aan beide kanten van de reactiepijl staat

    Als je de totaalreactie weet kun je de halfreacties ook uit de totaalreactie afleiden. Dat heb ik voorgedaan in bijgesloten document voor de duidelijkheid, want dan staan alle sub- en superscripts goed.

    Ik hoop dat het zo duidelijk is. Zo niet, laat maar even weten!

    Groeten,
    Yvette

2 berichten aan het bekijken - 1 tot 2 (van in totaal 2)
Reageer op: accu
Je informatie:



vraagbaak icoon Zuur-basereacties
Scheikunde | Vwo | 5
Vraag
Zuur-basereacties
Beste, In een opdracht van een van jullie oefentoetsen stellen ze de zuur-basereactie op van natriumsulfide en zoutzuur: S2– + 2 H3O+ ⟶ H2S + 2 H2O Ik snap niet waarom ze uit zoutzuur, HCl, opeens H3O+ maken. Waarom pakken ze het H+ deeltje in HCl als het zuur in de reactie en hoe kan het dat […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Aminozuren
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
Aminozuren
Er staat een aminozuureenheid een nummer kan hebben. Waar kan ik die nummers vinden (BiNas) en wat staan die nummers ook, wat is het betekenis erachter.
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Meerwaardige zuren en basen
Scheikunde | Vwo | 5
Vraag
Meerwaardige zuren en basen
Ik vind het moeilijk om een meerwaardige zuur of base te herkennen. Is er een manier om dit te kunnen herkennen?
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon zuur-basereacties
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
zuur-basereacties
Bij een reactie van Barietwater en verdund zwavelzuur (opgave 38, blz:60, 5vwo boek chemieoveral ) staat Ba^2+ en OH^-aan de linkerkant van de pijl. Ik snap niet waarom Ba2+ daar staat. Barietwater = Ba(OH)2–> Ba^2+  + 2 OH^-. Bij de meeste gevallen zoals bij natronloog gebruik je de OH^- in de zuurbase reactie en negeer […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon zuur-basereacties
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
zuur-basereacties
<span data-teams="true"><span class="ui-provider a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z ab ac ae af ag ah ai aj ak" dir="ltr">Bij een reactie van Barietwater en verdund zwavelzuur (opgave 38, blz:60, 5vwo boek chemieoveral ) staat Ba^2+ […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon redoxreactie
Scheikunde | Vwo | 5
Vraag
redoxreactie
Hallo, ik snap bij de oefentoets deze vraag niet helemaal. Ik moet de reactie opstellen van Natriumjodide-oplossing en een aangezuurde kaliumdichromaat-oplossing. Dit is het antwoord: OX: Cr2O72- + 14 H+ + 6 e– → 2 Cr3+ + 7 H2O RED: 2 I– → I2 + 2 e– TOTAAL: Cr2O72- + 14 H+ + 6 I– […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon meerwaardig zuur
Scheikunde | Vwo | 5
Vraag
meerwaardig zuur
zwavelzuur is een sterk zuur, en kan 2 H+ afstaan fosforzuur is een zwak zuur, en kan in principe 3 H+ afstaan, alleen het is een zwak zuur dus het kan niet alle 3 H+ afstaan toch of wel? mijn vraag is dus kan fosforzuur, ondanks dat het een zwakke zuur alle 3 H+ afstaan of maar 1?, […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon groote proteine poeder
Scheikunde | Havo | 5
Vraag
groote proteine poeder
Beste scheikundige, Voor mijn profielwerkstuk ben ik bezig met het maken van eiwitpoeder uit koemelk. In mijn proces scheid ik de caseïne van de wei (whey) met behulp van microbieel stremsel. Mijn doel is om de overgebleven wei zo ver te zuiveren dat ik alleen hoogwaardige eiwitten overhoud. Het stappenplan dat ik op dit moment […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Newman projections
Scheikunde | Wo | 1
Vraag
Newman projections
Hoi, Waarom is de 3e Newman projectie juist?  
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon zuur en base
Scheikunde | Vwo | 5
Vraag
zuur en base
Hallo, ik snap volgende reactie ook niet: een overmaat van een oplossing van mierenzuur reageert met vast calciumcarbonaat. het antwoord is: 2 HCOOH + CaCO3 -> H2O + CO2 + 2 HCOO-  Ik snap niet hoe het kan dat er links wel Ca staat, maar rechts niet. ik had zelf namelijk 2 HCOOH + CaCO3 […]
Bekijk vraag & antwoord

Inloggen voor experts