bindingen
topicOver de vraagbaak

Vraagbaak scheikunde

bindingen

7 berichten aan het bekijken - 1 tot 7 (van in totaal 7)
  • Auteur
    Berichten
  • #1848 Reageer
    Timmy
    Gast

    Welke van onderstaande elementen trekt het hardst aan een gemeenschappelijk elektronenpaar in een covalente binding. verklaar ook waarom.

    A. Arseen
    B. Koolstof
    C. Stikstof
    D. Zwavel

    ik dek Stikstof omdat het de grootste ENW heeft. Als dit juist is kan je het dan nog beter formuleren. Zo niet wat is het juiste.

    #69496 Reageer

    Dag Timmy,

    Nou weet ik niet, wat je met ENW bedoelt( Nu wel, elektronegatieve waarde). Ik ken wel het begrip elektronegativiteit. Dat is de mate waarin een atoom aan een gemeenschappelijk elektronenpaar trekt. Op wikipedia staat daarover een mooi diagram(C en S staat niet aangegeven, waarom niet?). Dat geeft je het antwoord.

    Succes en groet,

    Jan Wim Peters

    #69498 Reageer
    Timmy
    Gast

    dus wat is het antwoord? Niet stikstof?

    #1859 Reageer

    Ja, het is stikstof met een ENW van 3,0. De andere hebben een kleinere ENW.
    Dat een stikstofatoom harder aan de elektronen trekt is lastig te verklaren; het is een ervaringsfeit. Het stikstofatoom heeft vergeleken met soortgelijke moleculen een grotere negatieve lading. Vergelijk het dipoolmoment van AsH3(0,72), PH3(1,9) en NH3(4,9).

    Ik hoop dat het nu duidelijk is.

    Groet,

    Jan Wim Peters

    #1862 Reageer
    Timmy
    Gast

    Ok bedankt.

    Wat is de lewisstructuur van een carbonaation. In boek zijn dit uitzonderingen omdat het hier de donor het element is met de kleinste ENW

    #1863 Reageer

    Hallo Timmy,

    Wat betekent in dit verband het woord “donor” en waarom zou dit een uitzondering zijn? Je telt in het carbonaat-ion het aantal valentie-elektronen van C en 3 O, daar tel je de negatieve lading bij op. Dan kom je aan (4+3.6+2=) 24 elektronen, dus 12 paren. Met C als centraal atoom moet je zo tot een Lewis structuur komen met, zo mogelijk, allemaal oktetten. Snap je dit? Ik heb hier het woord donor niet bij nodig.

    Succes en groet,

    Jan Wim Peters

    #1869 Reageer
    Timmy
    Gast

    ik bedoel donor acceptor binding

7 berichten aan het bekijken - 1 tot 7 (van in totaal 7)
Reageer op: bindingen
Je informatie:



vraagbaak icoon Zuur-basereacties
Scheikunde | Vwo | 5
Vraag
Zuur-basereacties
Beste, In een opdracht van een van jullie oefentoetsen stellen ze de zuur-basereactie op van natriumsulfide en zoutzuur: S2– + 2 H3O+ ⟶ H2S + 2 H2O Ik snap niet waarom ze uit zoutzuur, HCl, opeens H3O+ maken. Waarom pakken ze het H+ deeltje in HCl als het zuur in de reactie en hoe kan het dat […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Aminozuren
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
Aminozuren
Er staat een aminozuureenheid een nummer kan hebben. Waar kan ik die nummers vinden (BiNas) en wat staan die nummers ook, wat is het betekenis erachter.
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Meerwaardige zuren en basen
Scheikunde | Vwo | 5
Vraag
Meerwaardige zuren en basen
Ik vind het moeilijk om een meerwaardige zuur of base te herkennen. Is er een manier om dit te kunnen herkennen?
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon zuur-basereacties
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
zuur-basereacties
Bij een reactie van Barietwater en verdund zwavelzuur (opgave 38, blz:60, 5vwo boek chemieoveral ) staat Ba^2+ en OH^-aan de linkerkant van de pijl. Ik snap niet waarom Ba2+ daar staat. Barietwater = Ba(OH)2–> Ba^2+  + 2 OH^-. Bij de meeste gevallen zoals bij natronloog gebruik je de OH^- in de zuurbase reactie en negeer […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon zuur-basereacties
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
zuur-basereacties
<span data-teams="true"><span class="ui-provider a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z ab ac ae af ag ah ai aj ak" dir="ltr">Bij een reactie van Barietwater en verdund zwavelzuur (opgave 38, blz:60, 5vwo boek chemieoveral ) staat Ba^2+ […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon redoxreactie
Scheikunde | Vwo | 5
Vraag
redoxreactie
Hallo, ik snap bij de oefentoets deze vraag niet helemaal. Ik moet de reactie opstellen van Natriumjodide-oplossing en een aangezuurde kaliumdichromaat-oplossing. Dit is het antwoord: OX: Cr2O72- + 14 H+ + 6 e– → 2 Cr3+ + 7 H2O RED: 2 I– → I2 + 2 e– TOTAAL: Cr2O72- + 14 H+ + 6 I– […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon meerwaardig zuur
Scheikunde | Vwo | 5
Vraag
meerwaardig zuur
zwavelzuur is een sterk zuur, en kan 2 H+ afstaan fosforzuur is een zwak zuur, en kan in principe 3 H+ afstaan, alleen het is een zwak zuur dus het kan niet alle 3 H+ afstaan toch of wel? mijn vraag is dus kan fosforzuur, ondanks dat het een zwakke zuur alle 3 H+ afstaan of maar 1?, […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon groote proteine poeder
Scheikunde | Havo | 5
Vraag
groote proteine poeder
Beste scheikundige, Voor mijn profielwerkstuk ben ik bezig met het maken van eiwitpoeder uit koemelk. In mijn proces scheid ik de caseïne van de wei (whey) met behulp van microbieel stremsel. Mijn doel is om de overgebleven wei zo ver te zuiveren dat ik alleen hoogwaardige eiwitten overhoud. Het stappenplan dat ik op dit moment […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Newman projections
Scheikunde | Wo | 1
Vraag
Newman projections
Hoi, Waarom is de 3e Newman projectie juist?  
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon zuur en base
Scheikunde | Vwo | 5
Vraag
zuur en base
Hallo, ik snap volgende reactie ook niet: een overmaat van een oplossing van mierenzuur reageert met vast calciumcarbonaat. het antwoord is: 2 HCOOH + CaCO3 -> H2O + CO2 + 2 HCOO-  Ik snap niet hoe het kan dat er links wel Ca staat, maar rechts niet. ik had zelf namelijk 2 HCOOH + CaCO3 […]
Bekijk vraag & antwoord

Inloggen voor experts