Vraagbaak scheikunde
Chemisch rekenen
Vak
Scheikunde
Niveau
Vwo
Onderwerp
Chemisch rekenen
Leerjaar
5
- Dit onderwerp bevat 10 reacties, 3 deelnemers, en is laatst geüpdatet op 1 jaar, 1 maand geleden door Fatima.
-
AuteurBerichten
-
LisaGast
Vraag 1:
De dichtheid van geconcentreerd zoutzuur, dat 37% (w/w) HCl bevat, is1,19 g/ml . Welk volume van deze oplossing zou verdund moeten worden tot 500,0ml om een oplossing te krijgen van 250mM HCl?
Vraag 2: Wat is de pH van de bij a verkregen oplossing?
muiGastDag Lisa
De gegevens voor het starten van de vraag staan aan het eind van de opdracht: Je moet 500 mL 250mM HCl-opl. maken.
Je kunt deze gegevens ook herschrijven als 0,500 L 0,250 M HCl-opl.
Je kunt in deze hoeveelheid zoutzuur de hoeveelheid opgelost HCl (in mol) uitrekenen.Van de voorraadoplossing is het massa% HCl in de oplossing gegeven. Je moet dus het aantal mol HCl omrekenen naar de massa van HCl.
Vervolgens kun je de massa van het mengsel (de HCl-opl.) berekenen. Omdat de dichtheid gegeven is, kun je dan ook het volume van de geconcentreerde HCl-opl. berekenen.Vwb de pH:
De molariteit van de HCl-opl. is gegeven. Omdat HCl een sterk zuur is, kun je uit deze molariteit en de formule van het zuur de {H3O+] berekenen en dus de pH.Ik hoop dat je hiermee verder kunt. Probeer het maar en stuur je uitwerking op. Als het goed is hoor je dat.
Gaat het nog niet goed, dan pik ik het op daar waar je “verdwaalt”Succes
MUIMSGasthoi, ik kom uit op 10,35 ml. Klopt dit?
MSGasten antwoord op vraag b heb ik PH = 0,6. Klopt deze ook?
Jan Wim PetersExpertHallo MS,
De antwoorden zijn op zich juist, afgezien van de significantie. Bij a. maak je o.a. gebruik van 37 m%, dus 2 sign. cijfers. Het antwoord op a. is dan 10 mL.
Bij b. ga je uit van 250 mM als enige gegeven rekenwaarde , dus 3 significante cijfers, de pH wordt dan 0,602(3 decimalen, dus).
Als je er meer over wilt weten, dan meld je je maar.Succes en groet,
Jan Wim Peters
JanGastHallo,
Ik weet niet hoe ik deze vraag kan aanpakken.
Ik zelf gebruikte : c1 x v1 = c2 x v2 aangezien c2 en v2 in dit geval gegeven zijn ( c2= 0,25 en v2= 0,5)
Gevraagd wordt om v1 te berekenen. Zou je hier c1 kunnen berekenen met de gegevens? Ik snap niet hoe men aan die 10 ml komt…Jan
Yvette van RijckevorselExpertHoi Jan,
Om c1 te berekenen moet je het massa percentage van de geconcentreerde HCl oplossing omrekenen naar een molariteit, dus aantal mol per liter.
Ga er voor het gemak bij deze berekening even vanuit dat je 1 L oplossing gebruikt. Kun je dan met de dichtheid de massa van deze 1L geconcentreerde HCl oplossing berekenen?
Vervolgens kun je uitrekenen wat de massa HCl in 1L van deze oplossing is met het massapercentage. Via de malaise massa reken je dit om naar het aantal mol. Je hebt dan het aantal mol HCl in 1L geconcentreerde oplossing en dus c1.
Laat maar weten of je er zo uit komt!?
Groeten,
YvetteJan Wim PetersExpertvoor “malaise massa” moet je lezen ” molaire massa”.
Jan Wim Peters
Hans UGastZou iemand a.u.b zijn berekeningen onder elkaar opschrijven, ik snap het niet uit deze uitleg
Yvette van RijckevorselExpertBeste Hans
Kun jij de berekeningen die je tot nu toe hebt geven?
Dan geven wij aan of ze wel/niet juist zijn en helpen we je met de volgende stap.Met vriendelijke groeten
YvetteSamGastHoi! Hierbij een poging van berekeningen vanaf mijn kant
Begin met een dichtheid van 1,19 g/ml en 37%. De eerste stap is dan dus 0,37 x 1,19 = 0,4403 gram HCL/ml
Wil uiteindelijk naar een concentratie van 250 mMol in 500 ml. Dit staat gelijk aan 125 mMol/500 mL (125 mMol/0,5 L)
Van mMol naar mol geeft 0,125 mol.
Gewicht van HCL is 36,46 gram/mol
0,125 x 36,46 = 4,5575 gram nodig.Dus dan 4,5575/0,4403 = 10,35 mL
KeesExpertHallo Sam,
Je manier van berekenen is OK, maar je antwoord heeft teveel significante cijfers. Je formulering kan ook scherper.
Over de formulering:
– de eenheid mol schijven we met een kleine m. Hoofletter M is voor mol per liter. Als je mMol schrijft, dan kan je jezelf en anderen in verwarring brengen. Misschien wordt het op examens zelfs fout gerekend. Dat weet ik niet, maar dat zou best kunnen.
– “Van mMol naar mol geeft 0,125 mol.” is wat losjes. Je bedoelt: 125 mmol = 0,125 mol.Over de significante cijfers:
– De concentratie van de beginoplossing is opgegeven als 37% (massaprocent). De echte waarde ligt dus tussen de 36,5% en 37,5%. Je hebt hier twee significante cijfers. Dus je eindantwoord kan ook maar twee significante cijfers hebben. Reken het maar eens door met een concentratie van 36,5% en 37,5%. Zie ook de bijdrage van 11 februari 2021 om 19:24 hierboven.Dus goed bezig, maar hou het scherp, en let op de significante cijfers.
Groeten van Kees
- Deze reactie is gewijzigd 2 jaren, 6 maanden geleden door Kees.
RonaldGastStel dat ik een drukvat/buffervat heb van b.v. 1.000 liter lucht met een uitgangsdruk van 1 bar. Wat gebeurt er als ik daar met een compressor 1.000 liter lucht (of een hoeveelheid ‘N’) bij in pomp?
Mijn uitgangspunt is de ideale gaswet: P x V / N x T = constant. Dus als ik N in het vat 2x zo groot maak, wordt de druk in het vat dan simpelweg 2x zo groot? (zegge: 2 bar) Of begint de temperatuur a.g.v. die drukverhoging ook op te lopen, waardoor de druk minder hoog uitkomt?
Alvast bedankt!
FatimaGastHallo,
Ik ben een biomedische labo student. Ik had gisteren een practicum over spectrofotometrie en ik moet de exacte concentratie berekenen van de stockoplossing KMnO4 (in Mn2+ ppm) en ook van de reeksstandaarden van 80% en 60% maar ik snap het niet zo goed hoe ik met de beduinde cijfers moet werken .
De exacte massa van KMnO4 is 0,0577 g
Het volume is gelijk aan 1 L
Ik heb het al opgelost en ik kom aan 20,05 mg/L voor de stockoplossing.
Is dit juist of moet ik de volledige resultaat noteren en het is 20,0531 ppm ?
Alvast bedankt!!
-
AuteurBerichten
Bekijk ook eens