
Tiemen geeft je een kijkje in zijn baan als QA/QC officer, ookwel kwaliteitscontroleur, bij een brouwerij.
Vooropleiding: Scheikunde
Beroep: QA/QC officer bij Brouwerij ’t Ij
Waarom heb je voor deze baan gekozen?
Deze positie leek mij erg interessant vanwege het raakvlak van de chemie en het analyseren en optimaliseren van brouwprocessen. Ik wilde een interactieve baan hebben in een groeiend bedrijf, waar ik kan samenwerken met mensen met verschillende specialiteiten en waar ik dan met mijn vak- en praktische kennis kan bijdragen aan het verbeteren van het product.
Wat vind je het leukste aan je baan?
Het dynamische van het bedrijf. Ik zit niet afgezonderd in het laboratorium, maar werk ik de hele dag samen met de brouwers, bottelaars en magazijnmedewerkers. Daarnaast, juist omdat dit een groeiend bedrijf is zijn er veel mogelijkheden, veel nieuwe zaken die we moeten uitzoeken en optimaliseren en dat maakt elke dag weer anders.
Hoe ziet je week eruit?
Maandag
Vandaag heb ik papa-dag. Dus ik besteed mijn dag voornamelijk aan spelen, eten voeren en luiers verschonen.
Dinsdag
Mijn dag begint al vroeg zodat ik bij het opstarten van de bottellijn aanwezig ben. Voordeel: je bent ook weer vroeg klaar! Op de foto zie je de molen waar de brouwerij is begonnen en hier zit ook het proeflokaal.
Elke dag neem ik aan het begin de samples van de bieren die staan te vergisten. Voordat ik ze kan meten om te zien hoe de vergistingen verlopen moet ik ze eerst ontdoen van vaste deeltjes en van het koolzuur dat ontstaat tijdens vergisten. Van elk brouwsel neem ik tijdens alle fases samples. Voordat een bier klaar is voor de verkoop is het zo’n 15 keer door mijn handen heen geweest: voor metingen om de fysicochemische eigenschappen te meten, om de microbiologie te controleren en om de sensorische eigenschappen te keuren.
Op de Anton Paar meet ik de fysicochemische eigenschappen (stamwort, restextract, alcoholpercentage, pH, kleur) van het brouwsel. Zo hou ik bij hoe de vergisting verloopt en of deze klaar is. Deze resultaten geef ik door aan de brouwer.
Zodra een brouwsel goed vergist, kunnen we duidelijk aan het waterslot zien dat er CO2 ontstaat.
Woensdag
Mijn dag begint met het controleren van de ‘micro’: de microbiologische controles van het bier. We gebruiken verschillende voedingsbodems om aerobe en anaerobe bacteriën en wildgist te detecteren.
Uiteraard wil ik op de voedingsbodems niets zien groeien. Als ik wel iets zie, bekijk ik onder de microscoop wat het is. Daarnaast gebruik ik de microscoop voornamelijk om de kwaliteit van het gist in het oog te houden.
Op de foto staat een fust dat net afgevuld is waar ik een steriel sample van ga nemen. Van alle bieren die afgevuld worden neem ik steriele samples zodat we kunnen zien of er bierspoilers of andere bacteriën aanwezig zijn die wij niet in het bier willen.
Dit is de flowkast waarin ik de samples steriel op de voedingsbodems verdeel. Elke fase van het proces (wort, vergisten, lageren, afgevuld op fles of fust) houd ik zo in het oog. Pas als een afgevuld bier helemaal schoon is bevonden in de microbiologische testen en de smaak goed is bevonden in de degustatie geef ik het bier vrij voor verkoop.
Donderdag
Hier zie je de bottellijn in werking, waar de flessen worden gereinigd, gevuld, gelabeld en daarna ingepakt.
Met dit apparaat meet ik de zuurstof die is opgelost in het bier. Bij het bottelen is het cruciaal om de zuurstofinslag te meten, omdat dat dat tot oxidatie van het bier leidt, wat een oude, muffe smaak geeft. Daarom ben ik vroeg aanwezig, neem ik steekproeven en kan ik snel aangeven als er iets niet goed gaat.
Hier extraheer ik de bittereenheden uit het bier. Dit geeft aan hoe bitter het bier is. Dit willen we weten omdat de ieder type bier zijn eigen karakteristieke bitterheid heeft. Door dit regelmatig te meten weten we of een recept moeten aanpassen door meer of minder hop aan een brouwsel toe te voegen.
Naast alle fysicochemische en microbiologische testen is er nog een belangrijke controle: het bier proeven. Voordat we een bier afvullen of wanneer er een speciaal brouwsel is nemen we sample direct uit de tank om te kijken hoe het bier eruit ziet en hoe de smaak is.
De belangrijkste degustatie is wanneer het bier afgevuld is, want zoals het nu in de fles zit gaat het naar de klant. Eens per week gaan we zitten en schrijven we van de afgevulde bieren de zicht-, aroma- en proefnotities op. Het is wel echt proeven en niet drinken, het gaat maar om één of twee slokjes per bier.
Vrijdag
De brouwzaal is het hart van de brouwerij. Van brouwen tot afvullen neemt het maken van ons bier zo’n 3 tot 4 weken in beslag.
Aangezien we met levensmiddelen werken moet alles goed schoon zijn. Dus aan het einde van elke dag moet ik alles reinigen en opruimen zodat alles klaar staat voor de volgende dag.
Echt een taak voor het einde van de week: veel data invoeren. Door de data te analyseren geeft het ons inzicht in de specificaties van de bieren, waardoor we snel trends kunnen herkennen of aanpassingen kunnen doen. Ook wanneer we een klacht krijgen van particulieren of cafés, kunnen we snel opzoeken hoe dat bier bij afvullen was. Zo kunnen we kijken wat er mis mee is of zou kunnen zijn.