Marijn

Marijn

Aangemaakte reacties

15 berichten aan het bekijken - 16 tot 30 (van in totaal 34)
  • Auteur
    Berichten
  • In reactie op: Aantal kg CO2 berekenen #154856
    Marijn
    Expert

    Dag Anna,

    Je hebt al eerder een vraag gesteld over een reactievergelijking over de verbranding van diesel.

    als je die er nu eens bij pakt. Dan heb je een verband tussen de hoeveelheid diesel die verbrand wordt en de hoeveelheid CO2 die daarbij ontstaat. Dat verband haal je uit de reactievergelijking. en dan moet je nog het aantal liters diesel omrekenen naar de hoeveelheid die wordt verbrand.

     

    In reactie op: Zuur base van hydraten #154714
    Marijn
    Expert

    Dag Tom,

    Het is zoals je het beschrijft. De gehydrateerde barium-ionen zijn t.o.v. die van magnesium en koper het zwakst; de H+ komt minder gemakkelijk vrij. Voor de geleiding moet je inderdaad kijken naar de straal van het gehydrateerde ion.

    In reactie op: Zuur base van hydraten #154691
    Marijn
    Expert

    Hoi Tom,

    je bent goed grondig bezig. In feite heeft de zuurgraad niets te maken met de transportsnelheid. grootte en lading wel. dus beperk je daarbij. ik zou het woord ‘dingen’ vervangen door ‘effecten’.

    ik heb gebruik gemaakt van trends in het periodiek systeem m.b.t. de zuurgraad volgens brønsted-lowry (Factors Affecting Bronsted-Lowry Acidity)

    In reactie op: Zuur base van hydraten #154689
    Marijn
    Expert

    Dag Tom,

     

    De zuursterkte neemt inderdaad toe met toenemende postieve lading van het metaal-ion en met afnemende ion-straal. Helaas is het voor Cu2+ en Sn2+ net weer anders. dat komt omdat er dan een covalente binding wordt gevormd tussen het ion en de achtergebleven OH-groep. De effectieve lading op het centrale metaal-ion neemt daardoor af. De zuursterkte neemt dan met toenemende atoommassa (neemt toe als je verder in de rij in het PS komt).

    zo klaar met de les!

    succes!

    In reactie op: Zuur base van hydraten #154680
    Marijn
    Expert

    Hoi Tom,

    Ba2+ en Mg2+ vertonen ook een soortgelijk ‘zuur-gedrag’ als Cu2+, maar de dissociatieconstante is ongeveer 10.000 keer kleiner, dus er splitsen veel minder H+ af bij Mg2+ dan bij Cu2+. te verwaarlozen dus.

    kijk ook goed naar de hoeveelheden H3O+ (die er ontstaan t.g.v. het afstaan van een H+ door het gehydrateerd ion) t.o.v. de concentratie van andere ionen. zijn die hoeveelheden ook te verwaarlozen, zoals hiervoor?

    In reactie op: Zuur base van hydraten #154676
    Marijn
    Expert

    Dag Tom,

    Mooi verwoord. Je docent zou altijd nog de vraag kunnen stellen waarom die straal van het gehydrateerd ion kleiner bij het ene ion t.o.v. de andere. Dat is aan jou.

    Er is natuurlijk nog een reden waarom de gehydrateerd ionen een bepaalde kant op worden ‘gestuurd’. En dat heeft iets te maken met het deeltje dat ontstaat als er een H3O+ wordt afgestaan.

    succes!

    In reactie op: Zuur base van hydraten #154674
    Marijn
    Expert

    Dag Tom,

    Je zoekt aardig in de goede richting. De hint van je docent helpt je een eind op weg. In water worden ionen nu eenmaal omringd door watermoleculen. Je moet dus terug naar je oorspronkelijke hypothese. Wat moet er dus in zijn geheel bewegen als er geleiding plaatsvindt en hoe groot is dat dan ten opzichte van elkaar?

    succes!

     

    In reactie op: vraag 17 2002 tijdvak 1 #144751
    Marijn
    Expert

    eerst onze excuses. de website is nog niet officieel in gebruik en er zitten nog enkele bugs in. We zien pas nu dat je met een vraag komt. wel fijn dat de bug nu naar voren komt.

    Dit is een leuke vraag. je wordt eerst op het verkeerde been gezet door het verhaal over de vetharding. Dat is geheel niet relevant. Ze bedoelen dat er niet gebeurt met de dubbele binding. behalve dat de configuratie van cis naar trans gaat.

    je moet bij elke dubbele binding eerst goed kijken welke groepen er waar zitten. Maak het eenvoudiger: bv bij de C(10)=C(9) zitten er een R1H aan C10 en R2H aan C9. Wanneer spreke je dan van cis? en wanneer van trans? wat gebeurt er dus met de groepen? teken dat verder uit en zo ook voor de andere dubbele binding.

     

    In reactie op: vraag 17 2002 tijdvak 1 #144745
    Marijn
    Expert

    Beste zonder naam,

    Je vraag is te algemeen gesteld. dus ik kan je niet direct verder helpen.

    wil je specifieker aangeven bij welke deelvraag je vastloopt en wat je dan moeilijk vindt om te beginnen?

    bijvoorbeeld: Wat herken je wel of niet aan een vraag? wat weet je al m.b.t. dit onderwerp? kan je opzoeken wat je niet weet (bij het oefenen kan dat nog)?

    dus als je specifieker bent kan ik je verder helpen.

    de moderator

     

    In reactie op: chemisch rekenen #3456
    Marijn
    Expert

    Hallo Jonas,

    Dat klopt voor de zuurstofatomen, maar niet voor de chlooratomen. Er zit dus een fout in de vraag.
    Belangrijker is jouw oorspronkelijke vraag: snap je nu hoe je zo’n vraag moet aanpakken?

    Groeten,

    Wim

    In reactie op: chemisch rekenen #3454
    Marijn
    Expert

    Hallo Jonas,

    Dat kan natuurlijk, maar je mist één of meerdere gegevens om vast te stellen hoe groot die overmaat dan moet zijn.

    Je enige andere gegeven is dat er 0,40 mol van het oxide van chloor is ontstaan.
    Daarmee kan je vaststellen hoeveel atomen chloor en hoeveel atomen zuurstof er in één molecuul oxide van chloor zitten.
    Je krijgt dan echter een formule die ik niet ken als een oxide van chloor. Daarom is jouw suggestie van een overmaat chloor wel waarschijnlijk. Heb je echt geen ander gegeven?

    Groeten,

    Wim

    In reactie op: chemisch rekenen #3452
    Marijn
    Expert

    Dag Jonas,

    Bij deze het antwoord van onze expert Wim:

    Hallo Jonas,

    Heb je gezien dat deze reactie een vormingsreactie is? Je krijgt dan maar één reactieproduct, dus alle atomen van de beginstoffen komen in het reactieproduct: het oxide van chloor.

    Begin eens met uit te rekenen hoeveel chlooratomen en zuurstofatomen je aan het begin hebt. Die komen in het product. Bedenk dat in een formule meestal de verhouding van de aantallen atomen staan.

    Heb je hier genoeg aan om mee te beginnen?

    Groeten,

    Wim

    In reactie op: Dipolen #3339
    Marijn
    Expert

    Een molecuul is een dipoolmolecuul als aan 2 voorwaarden is voldaan. Jij noemt al dat er polaire atoombindingen tussen de atomen in het molecuul aanwezig moeten zijn. De andere voorwaarde is dat het molecuul niet symmetrisch moet zijn. Je noemt zelf al de tetraëdrische structuur. Dat klopt want er is sprake van 4 omringing. Ik weet niet of dit al besproken is. Ga voor de genoemde moleculen na of ze wel of niet symmetrisch zijn. Een molecuul is symmetrisch als deze aan alle kanten hetzelfde eruit ziet.
    Ik hoop dat je nu verder kunt met het vraagstuk. Succes ermee.

    In reactie op: loodwit #2712
    Marijn
    Expert

    Dag Geert,
    Loodwit is niet eenvoudig aan te tonen.
    Loodwit lost niet op in water.
    Je moet iets van de verf oplossen in salpeterzuur en vervolgens kaliumjodide toevoegen.
    Als er loodwit gebruikt is als pigment ontstaat er een gele vaste stof, loodjodide.
    Bij zinkwit, dat ook gebruikt wordt, ontstaat er geen vaste stof.
    Je ziet, eenvoudig is het niet.

    In reactie op: Co2 volume berekening bij verschillende Temp en Druk #2235
    Marijn
    Expert

    Dag Camillo,
    Een stel interessante vragen heb je gesteld. ik kom hieronder er stuk voor stuk op terug:
    1) De afmetingen voor een vrachtwagen en treinstel kan je eenvoudig vinden via google. Je zit gauw in de orde grootte van 96m^3, zonder trailer, maar er zijn zoveel verschillende typen.
    2) en 4) neem ik samen. aangezien je namelijk extreme drukken noemt. Bij die hoge drukken is CO2 een vloeistof en moet je rekenen met een dichtheid. Deze is echter afhankelijk de temperatuur en druk. De exacte waarde voor de dichtheid kan je berekenen via: https://www.peacesoftware.de/einigewerte/co2_e.html
    je komt dan in de buurt van dezelfde orde grootte als het volume van de vrachtwagen (let wel, dus vol met vloeistof).
    Ik heb geen idee wat het volume van een gasfles is (je hebt ’t over 20L bij vraag 3). Maar dat weet je vast zelf en dan kan je vast zelf uitrekenen hoeveel gasflessen je nodig hebt.
    3) Je denkt vast: “als je maar hard genoeg perst dan moet het passen”, maar dit gaat je niet lukken bij 30 graden Celsius. Via de hierboven genoemde website kan je de dichtheid laten uitrekenen tot 1000 bar. je kan het benodigde volume uitrekenen. Ik schat in dat je geen 58,6 ton CO2 in 20L krijgt.

15 berichten aan het bekijken - 16 tot 30 (van in totaal 34)

Inloggen voor experts