Hallo,
Bedankt voor de reactie! Ik snap nu inderdaad de keuze voor de ionen in de zoutbrug, maar heb nog vragen over de oplossingen.
Stel er is bekend dat één elektrode gemaakt is van Cu (s) en de andere van C (s). Hoe kan ik dan bepalen welke stoffen daarbij moeten om als reductor/oxidator te functioneren? Moet ik dan bijvoorbeeld zoeken naar een reductor die sterker is dan Cu(s) in tabel 48?
Groetjes,
Lieke