Beste C.,
Ik zal jou vraag per halfvergelijking bespreken:
De eerste halfvergelijking is niet helemaal goed.
Je schrijft nl dat je zwavelzuuroplossing bij de kaliumpermanganaatoplossing hebt gevoegd.
Als deze zogenaamde aangezuurde kaliumpermanganaatoplossing reageert kunnen in die zure oplossing geen hydroxide-ionen ontstaan. Als je tabel 48 (Binas) nog een keer doorneemt kun je vinden hoe het permanganaation in zuur milieu als oxidator reageert.
De tweede halfvergelijking is principiëel fout.
Je laat nl weer een oxidator reageren. Een reden voor deze fout kan zijn dat je niet de volledige beschrijving van jouw reageerbuisproef hebt opgeschreven. Met de oxidator permanganaat(ion) kan alleen een reductor reageren. In jouw aangeleverde tekst komt die niet voor. Ik vermoed dat het jodide is (bijv. uit een KI-oplossing) omdat je ook zetmeel noemt.
Stuur me een reactie met:
1) Een volledige beschrijving van het experiment
2) De halfvergelijking voor de oxidator permanganaat in zuur milieu
3) De halfvergelijking voor de reductor
4) Antwoord op de vraag: Welke functie heeft zetmeel?
Succes
Groet
MUI