vraagstelling
Over de vraagbaak

Vraagbaak scheikunde

vraagstelling

2 berichten aan het bekijken - 1 tot 2 (van in totaal 2)
  • Auteur
    Berichten
  • #2446 Reageer
    Sanna
    Gast

    Hallo,

    Mijn boek vraagt: geef de vergelijking van de reactie wanneer twee moleculen DET (die heeft als uiteinde NH2) reageren met een molecuul dizuur

    Een andere vraag gaat ook: geef de reactie vergelijking voor het koppelen van twee barnsteenzuur moleculen door polycondensatie..

    In beiden gevallen heeft het uitwerkingenboekje geen rekening gehouden met de uiteinden, deze staan gewoon bijvoorbeeld als NH2 en niet ~NH.

    Mijn vraag is dus, wanneer mag je de uiteinden gewoon als NH2 weergeven? Wanneer in de opgave staat dat het een reactievergelijking is?

    Daarnaast mijn tweede vraag,

    Als er gevraagd wordt om het polymeer van melkzuur te geven, hoe moet je dit weergeven?

    1. de koppeling van 2 monomeren met de uiteindenn als ~ O en ~ niks (van die zuurgroep OhH die weggaat).
    2. de structuurformule van melkzuur maar dan de uiteinden ~ + die haakjes ( ) . en eventueel een n waarover mijn volgende vraag gaat:

    Tot slot mijn laatste vraag, wanneer gebruik je: (polymeer) n ? ( met n bedoel ik een geheel getal )

    Ik ben het even kwijt,

    Sanna

    #2447 Reageer

    Hoi Sanna,

    Goede vragen!

    We maken in opgaven onderscheid tussen ‘fragmenten’ van polymeren, ‘een stuk uit het midden van’ een polymeer, een ‘repeterende eenheid’, de ‘structuurformule’ van een polymeer en het geven van het product van een reactie van twee of meer monomeren.

    Als er gevraagd wordt naar een ‘fragment’ of ‘een stuk uit het midden’ van een polymeer of een ‘repeterende eenheid’ dan wil dat zeggen dat de polymeer aan beide zijden van het getekende stuk nog doorgaat. Om te laten zien dat de polymeer nog doorgaat moet je aan beide uiteindes een ~ tekenen. Meestal staat er dan ook in de opdracht hoeveel monomeer-eenheden je in het ‘fragment’ moet laten zien.

    Als er gevraagd wordt naar de structuurformule (of molecuulformule) van een polymeer, soms in een reactievergelijking soms alleen het product, dan moet je het gehele polymeer tekenen/geven. Je geeft dan de repeterende eenheid (het deel dat zich herhaalt) of het aantal gevraagde monomeer-eenheden tussen haakjes en vervolgens een kleine ‘n’ bij de haakjes.
    Buiten de haakjes moet je het polymeer vervolgens nog ‘afmaken’ met het begin en einde van het polymeer. Je gebruikt dan dus in het geval van een condensatiepolymeer de -NH2 en geen ~, want als je deze gebruikt ~ heb je niet het volledige polymeer getekend. Hoewel je hier ook de ‘repeterende eenheid’ hebt getekend omdat je daarmee laat zien hoe het volledige polymeer eruit ziet, moet je nu dus WEL de uiteinden, haakjes en ‘n’ gebruiken omdat je, zoals gezegd het volledige polymeer moet tekenen.

    Als er gevraagd wordt om een reactievergelijking of product van een reactie te tekenen met een specifiek aantal genoemde monomeer-eenheden zonder dat expliciet duidelijk is gemaakt dat het om een ‘middenstuk van een polymeer’ of een ‘fragment’ van een polymeer of ‘repeterende eenheid’ is, dan gebruik je géén haakjes met een ‘n’ en geef je gewoon het reactieproduct van de reactie met deze twee of meer monomeren.

    Belangrijk is dus dat je in je boek even heel goed leest wat ze precies van je willen hebben. Helaas staan er in lesboeken en antwoordenboeken ook regelmatig fouten, dus in geval van twijfel…. vraag even je docent!

    Ik hoop dat het zo duidelijk is voor je, zo niet… dan horen we het wel weer!

    Groeten,
    Yvette

2 berichten aan het bekijken - 1 tot 2 (van in totaal 2)
Reageer op: vraagstelling
Je informatie:



vraagbaak icoon Redoxreactie
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
Redoxreactie
Hallo, vij het scheikunde examen 2015-1 vwo vraag 3 staat dat de deeltjes zich reageren met HNO3 en dat salpeterigzuur ook nog vrijkomt. Vervolgens zetten ze deze deeltjes niet in de reactie. Hoezo is dat? Ik had dat wel gedaan want ze stonden tenslotte in de vraag. Bij vraag 4 is het hetzelfde, ze zetten […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Evenwichtsvoorwaarde
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
Evenwichtsvoorwaarde
Goedemorgen, ik heb een vraag over het 2021 tijdvak 1 scheikunde vwo examen. De toets lukte redelijk goed tot en met vraag 8 waar ik na 15 minuten overdenken toch vastliep. Toen ik het antwoord bekeek, raakte ik nog meer verward. Ze zeggen namelijk in het antwoord dat ook al is 1 stof vloeibaar en […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Kan chloorgas de geleiding van elektriciteit belemmeren?
Scheikunde | Vwo | 5
Vraag
Kan chloorgas de geleiding van elektriciteit belemmeren?
Voor een onderzoek kijken wij naar de geleiding van zoutwater. Nu ontstond er bij ons experiment chloorgas, omdat er een reactie ontstond toen we er een stroom doorheen lieten gaan. Bij een temperatuur van 80 graden en een hoeveelheid van 40 gram zout in 200 ml water, ging de spanning ineens van 9,4 volt naar […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon water in zuur-basereacties
Scheikunde | Wo | 1
Vraag
water in zuur-basereacties
Hoi! Ik heb een vraagje over zuurbasereacties. Hoe weet je of water aan het begin van de reactie reageert, of dat OH- of H3O+ aan het begin van de reactie reageert. In de beginstoffen staat namelijk nooit specifiek H2O of OH- of H30+....   Alvast  bedankt voor het reageren!
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Examen 2018-1 vwo
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
Examen 2018-1 vwo
Hallo, ik ben eindexamen leerling en heb het scheikunde examen vwo 2018-1 gemaakt, en aan de hand daarvan wat vragen. vraag 1: ik heb hier gewoon opgeschreven dat het aantal atomen gelijk is, niet dat het er 6 zijn. Krijg ik hiervoor helemaal geen punten? vraag 6: bij uitgangspunt 2 heb ik gezegd dat bij […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Joodadditiegetal
Scheikunde | Mbo 3 | 6
Vraag
Joodadditiegetal
– Hoe bepaal je de hoeveelheid gram onverzadigd vet doormiddel van het joodgetal? (Formule) – is er een formule voor de bepaling van het joodgetal doormiddel van titratie van KI-oplossing? antwoord alstublieft niet met een site want ik heb al heel ver gezocht maar vond niets. Ik hoop dat u mij kunt helpen door een […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Joodgetal
Scheikunde | Mbo 3 | 6
Vraag
Joodgetal
– Hoe bepaal je de hoeveelheid gram onverzadigd vet doormiddel van het joodgetal? – Wat kan je concluderen uit de grootte van een joodgetal? – is er een formule voor de bepaling van het joodgetal doormiddel van titratie van KI-oplossing?  
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon eiwit
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
eiwit
ik ben een eindproject aan het doen en ik moet hierbij de eiwitgehalte bepalen van gedroogde meelwormen. Mijn vraag is of dat ik gedroogde meelwormen (in de vorm van poeder) kan gebruiken bij Kjeldahl-methode. (de eiwitgehalte bepalen gaat na vetextractie gebeuren)
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon eiwitgehalte bepalen met Kjeldahl-methode
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
eiwitgehalte bepalen met Kjeldahl-methode
beste meneer/ mevrouw ik ben een eindproject aan het doen en ik moet hierbij de eiwitgehalte bepalen van gedroogde meelwormen. Mijn vraag is of dat ik gedroogde meelwormen (in de vorm van poeder) kan gebruiken bij Kjeldahl-methode. (de eiwitgehalte bepalen gaat na vetextractie gebeuren) alvast bedankt
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon pH
Scheikunde | Havo | 5
Vraag
pH
Een regenton is gevuld met 200 liter water, waarvan de pH 5,5 is. Je moet natriumhydroxide korreltjes gebruiken om de pH neutraal te maken (pH 7). Elk korreltje weegt 0,025 gram. Hoeveel korreltjes heb je nodig om het water neutraal te maken?
Bekijk vraag & antwoord

Inloggen voor experts