Zuur-base
Over de vraagbaak

Vraagbaakscheikunde.nl

Zuur-base

2 berichten aan het bekijken - 1 tot 2 (van in totaal 2)
  • Auteur
    Berichten
  • #156795 Reageer
    Sven
    Gast

    Goedemiddag,

    Ik had twee vragen over zuur-base reacties:

    Vraag 1: 

    Bij het opstellen van zuur-base reacties moet rekening worden gehouden hoeveel H+ er kan worden overgedragen. Zo kan een fosfaation (PO43-) 3 H+ ionen opnemen. Als je dit laat reageren met zoutzuur dan krijg je de volgende reactievergelijking: 3 H3O+ + PO43- –> H3PO4 + 3 H2O. De molverhouding tussen zuur (H3O+) en base (PO43-) is hier 3:1.

    Maar als je PO43- (base) oplost in water (in dit geval een zuur), dan is die verhouding 1:1 (zo staat in mijn boek). Waarom is de verhouding zuur (water): base (PO43-) hier niet 3:1?

     

    Vraag 2: 

    Stel er wordt gevraagd om de zuur-base reactie te geven wanneer je oxaalzuur in een oplossing van natriumfosfaat brengt.

    Oxaalzuur (H2C2O4) is een tweewaardig zuur, waarbij H2C2Oeen Kz heeft van 5,6×10-2 en HC2O4 een Kvan 1,6×10-4.

    Oxaalzuur kan dus 2 H+ ionen afstaan en het PO43-  in de oplossing kan er drie opnemen. De zuur-base reactie zou dan als volgt zijn: 3 H2C2O+ 2 PO43- <–> 3 C2O42- + 2 H3PO4

    Maar het zuur HC2O4(Kz =1,6×10-4) staat in BiNaS tabel 49 onder de base H2PO42-. Mij is altijd geleerd dat een zuur-base reactie niet verloopt als het zuur onder de base staat. Als dit waar is, kan dit twee dingen betekenen:

    1. Elk H2C2Omolecuul staat maar 1 H+ af en dan wordt de reactievergelijking: 3 H2C2O+ PO43- <–> 3 HC2O4 +  H3PO4. Ik ga er hierbij vanuit dat H2C2Oin overmaat aanwezig is.

    2. Elk PO43- neemt slechts 2 H+ op en niet 3 H+. De reactievergelijking wordt dan: H2C2O+ PO43- <–> 3 HC2O4 +  H2PO4.

    Vraag: Welke van deze twee is juist? Of zijn beide onjuist en verloopt deze zuur-base reactie tussen oxaalzuur en fosfaationen op een andere manier?

     

    Graag zie ik een antwoord op mijn twee vragen tegemoet.

     

    Alvast bedankt!

     

    Vriendelijke groet,

    Sven
    <div></div>
     

    #156798 Reageer
    docent Dick
    Expert

    Hoi Sven,

    vraag 1.

    PO43- reageert met water in een evenwicht  tot HPO42- en OH

    In principe kan ook HPO4 met water een tweede evenwicht geven tot H2PO4–  en OH

    Tot slot kan dit nog een keer met water onder vorming van H3PO4 en OH

    Het 2e en 3e evenwicht hebben een kleine en zeer kleine Kb.

    Als we bijv. natriumfosfaat in water oplossen, dan wordt de pH van de oplossing bepaald door het eerste evenwicht.

    Kijk maar in je BINAS tabel 49 naar de andere Kb‘s,

    Omdat H3O+ een sterk zuur is krijg je met PO43- (een zwakke base) een aflopende reactie naar rechts tot H3PO4.

     

    Vraag 2.

    Een zuurbase reactie van een (zwak) zuur met een (zwakke) base verloopt als de Kz > K klopt.

    Kz van H2C2O4 is > Kb van PO43- en

    Kz van H2C2O4 is > Kb van HPO42- en

    Kz van H2C2O4 is > Kb van van H2PO4

    Kz van HC2O4 is > Kb van PO43-

    Kz van HC2O4 is > Kb van HPO42-

    3 H2C2O4 + PO43- –> 3 HC2O4 + H3PO4

    2 HC2O4 + PO43- –>2 C2O42- + H2PO4

    ———————————————————–

    3 H2C2O4 + 2 PO43- —> HC2O4 + H3PO4 + H2PO4

     

    Bij jou uitleg heb je even niet in de gaten dat de Kz van HC2O4 > Kb van HPO42-

    Verder klopt  deze vergelijking niet: H2C2O+ PO43- <–> 3 HC2O4 +  H2PO4.

    dit moet zijn: 2 H2C2O+ PO43- <–> 2 HC2O4 +  H2PO4.

    Helpt dit je verder?

     

    Groeten,

     

    Dick

2 berichten aan het bekijken - 1 tot 2 (van in totaal 2)
Reageer op: Zuur-base
Mijn informatie:



vraagbaak icoon Het gaat over berekenen van massa
Scheikunde | Havo | 3
Vraag
Het gaat over berekenen van massa
De massa van een munt van 20 eurocent is 5.74g. Bereken hoeveel kg munten van 20 eurocent gemaakt kan worden van 1350 kg zink
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Het gaat over berekenen van massa
Scheikunde | Havo | 3
Vraag
Het gaat over berekenen van massa
De massa van een munt van 20 eurocent is 5.74g. Bereken hoeveel kg munten van 20 eurocent gemaakt kan worden van 1350 kg zink
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Formele ladingen bij grensstructuren
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
Formele ladingen bij grensstructuren
C=O, bij deze binding krijgt het O-atoom nog twee niet-bindende elektronen paren, maar zodra je dit molecuul hebt: C=O-H, dan krijgt het O-atoom maar een niet-bindend elektronenpaar en is de formele lading +, maar hoe weet je dat je niet alsnog twee niet-bindende elektronenparen mag gebruiken en dat dan de formele lading - wordt? Is […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon zuur-base: deeltjes (in dit geval aminozuren) in basische en zure milieus
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
zuur-base: deeltjes (in dit geval aminozuren) in basische en zure milieus
Goedemorgen, Toen ik zojuist ging oefenen met zuren en basen voor het examen scheikunde, kwam er een vraag voorbij waarvan ik het antwoord niet goed snapte. Namelijk: a. Geef de structuurformule van alanine in basisch milieu. Zie binas 67H1/ScienceData 13.7. b. Geef de structuurformule van leucine in zuur milieu. Zie binas 67H1/SciendeData 13.7. In het […]
Bekijk vraag & antwoord
studiehulp icoon Speelgoedauto
NaSk2 | Vmbo | 4
Eindexamen
Speelgoedauto
Vragen 1 t/m 6 uit eindexamen NaSk2 - gl-tl - 2022 - tijdvak 2
Lees meer
studiehulp icoon Koper uit malachiet
NaSk2 | Vmbo | 4
Eindexamen
Koper uit malachiet
Vragen 7 t/m 13 uit eindexamen NaSk2 - gl-tl - 2022 - tijdvak 2
Lees meer
studiehulp icoon Flashpapier
NaSk2 | Vmbo | 4
Eindexamen
Flashpapier
Vragen 14 t/m 22 uit eindexamen NaSk2 - gl-tl - 2022 - tijdvak 2
Lees meer
studiehulp icoon Fehlingsreagens
NaSk2 | Vmbo | 4
Eindexamen
Fehlingsreagens
Vragen 23 t/m 28 uit eindexamen NaSk2 - gl-tl - 2022 - tijdvak 2
Lees meer
studiehulp icoon Zure matjes
NaSk2 | Vmbo | 4
Eindexamen
Zure matjes
Vragen 29 t/m 35 uit eindexamen NaSk2 - gl-tl - 2022 - tijdvak 2
Lees meer
studiehulp icoon Glas
NaSk2 | Vmbo | 4
Eindexamen
Glas
Vragen 36 t/m 43 uit eindexamen NaSk2 - gl-tl - 2022 - tijdvak 2
Lees meer

Inloggen voor experts