pH
topicOver de vraagbaak

Vraagbaak scheikunde

pH

5 berichten aan het bekijken - 1 tot 5 (van in totaal 5)
  • Auteur
    Berichten
  • #169864 Reageer
    Mona
    Gast

    Beste,

    Graag zou ik willen weten of mijn berekening bij deze vraag klopt.

    De vraag:

    Een HCL oplossing heeft een pH van 3,7.

    1. Wat is de H+ concentratie in deze oplossing

    Uitwerking: 10^-3,7 = 2 x 10^ -4 mol L-1

    2. Men wil de pH van de oplossing verhogen naar pH 4,5. Welk volume van een 10M NaOH oplossing moet je aan 100mL van deze HCL oplossing toevoegen om pH 4,5 te bereiken?

    Uitwerking: H3O+ + OH- –> 2H2O

    Hoeveelheid H3O+ in 100 mL is 2,0 x 10 ^-5 mol per 100 mL

    Hoeveelheid H3O+ in de eindoplossing berekenen: omdat de natroloog zo geconcentreerd is mag je aannemen dat de het volume 100 mL blijft. dus bereken je de hoeveelheid H3O+ in de eindoplossing:

    10^-4,5 = 3,2 x 10^-5 mol H3O+ per L. In 100 mL is digt 3,3 x 10^-6.

    Aantal mol bepalen dat eraf is gegaan:

    2,0 x 10^-5 – 3,2 x 10^-6 = 1,7 x 10 ^ -5 mol.

    De verhouding OH- en H3O+ is 1:1. Je hebt 10 mol NaOH per L 1,7 x 10^-5 : 10 = 1,7 x 10^-6 L NaOH moet je toevoegen.

     

    #169866 Reageer
    Mona
    Gast

    Graag zou ik ook willen weten of mijn significantie en eenheden kloppen

    #169868 Reageer
    Kees
    Expert

    Hallo Mona,

    Berekening en eenheden kloppen wel.

    Je moet nog even kijken naar het aantal significante cijfers.

    Hoeveel significante cijfers heeft de  H3O+ concentratie die je berekent uit pH=3,7 ?
    Hoeveel significante cijfers heeft de  H3O+ concentratie die je berekent uit pH=4,5 ?

    Kom je verder met deze respons op je vraag? Laat maar weten.

    Groeten,

    Kees

     

     

     

    #169995 Reageer
    Mona
    Gast

    Dag Kees,

     

    Dank voor uw reactie. Volgens mij horen beide een significatie van 1 te hebben?

    Ik hoor graag van u

    #170035 Reageer

    Hallo Mona,

    Je hebt helemaal gelijk. Bij pH wordt de significantie bepaald door het aantal decimalen.

    Een pH van 3,7 betekent een molariteit van  2 . 10-4 M.                      1 Significant cijfer dus.

    Groet,

    Jan Wim Peters

5 berichten aan het bekijken - 1 tot 5 (van in totaal 5)
Reageer op: pH
Je informatie:



vraagbaak icoon fasen van stoffen in een reactievergelijking
Scheikunde | Vwo | 5
Vraag
fasen van stoffen in een reactievergelijking
Goedemiddag. Ik ben momenteel bezig met zuur-basereacties. Ik loop alleen ergens tegenaan; hoe weet ik bij het opstellen van zo’n reactie in welke fase zo’n beginstof zich bevindt, kan ik dat in Binas vinden of moet ik dat gewoon weten? Soms schrijf ik (aq) op, maar is het (l), of andersom. Heel af en toe […]
Bekijk vraag & antwoord
studiehulp icoon 10 tips om uitlegvideo’s effectief te gebruiken
Vwo | Havo | Vmbo
Leertip
10 tips om uitlegvideo’s effectief te gebruiken
Haal meer uit het kijken van uitlegvideo's met deze tips.
Bekijk de tip
vraagbaak icoon Zuren en basen
Scheikunde | Vwo | 4
Vraag
Zuren en basen
Hallo, Ik moet bij deze opdracht een reactievergelijking opstellen, maar ik snap het niet helemaal. Ik moet de reactievergelijking geven als bariumoxide en verdund azijnzuur bij elkaar worden gevoegd. Ik dacht dat het antwoord CH3COOH (aq) + BaO (aq) -> Ba 2+ (aq) + CH3COO-. Het antwoord moest BaO + 2CH3COOH -> Ba2+ + H2O […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon azijnzuur en zuur-base
Scheikunde | Vwo | 4
Vraag
azijnzuur en zuur-base
Hallo, Bij een reactievergelijking van een zuur-base reactie moet ik de scheikundige naam weten van azijnzuur. Volgens Binas is dit ethaanzuur. Ethaan is C2H6 en zuur is H3O+, maar het antwoordenboekje geeft CH3COOH aan. Is dit een zuur waarvan je de naam gewoon uit je hoofd moet leren? Want ik snap de naamgeving niet helemaal. […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Uitleg vraag 22 van scheikunde examen 2023 eerste tijdvak.
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
Uitleg vraag 22 van scheikunde examen 2023 eerste tijdvak.
Hoi, ik begrijp vraag 22 niet helemaal, in het correctievoorschrift staat dat er 4 atoombindingen zijn, zou u aub willen uitleggen hoe ze daarop komen? Alvast bedankt!
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Zuur-Base en redox
Scheikunde | Vwo | 5
Vraag
Zuur-Base en redox
Hallo, Ik heb binnenkort een toets over zuur-base en redoxreacties. Wij krijgen dan twee stoffen en dan moeten wij zelf bepalen of het een redox of ZuBa reactie is. Ik heb echter geen idee hoe dit moet. Kan iemand helpen? Dit zijn een aantal voorbeelden van de oefenvragen: 1. Zink + zoutzuur 2. zinknitraatoplossing + […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Halfreacties
Scheikunde | Vwo | 5
Vraag
Halfreacties
Hoi hoi, ik heb een vraagje. Als ik een totaal vergelijking moet opstellen van een redoxreactie, kan het dan zijn dat een halfreactie wel in de binas staat en de ander niet? Of is het altijd zo dat ze er of allebei wel in staan of allebei niet? Dankjewel alvast.  
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Zuren en basen
Scheikunde | Vwo | 4
Vraag
Zuren en basen
Hallo, Ik snap niet helemaal hoe je nu precies een reactie vergelijking moet opstellen voor een zuur en base reactie. bijvoorbeeld bij een opdracht moet ik de juiste notatie van de oplossing HCIO2 noteren. Ik dacht dat dat dan CIO2- (aq) + H3O+ was. Maar volgens het antwoordenboekje is het alleen HCIO2. Maar HCIO2 is […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon hydrofiel of hydrofoob?
Scheikunde | Mbo 2 | 1
Vraag
hydrofiel of hydrofoob?
Beste, Hormonen die derivaten zijn van aminozuren, zijn die hydrofiel en hydrofoob? En de peptidehormonen zijn die hydrofiel of hydrofoob? groetjes Lore
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Buffer rekenen vwo 2021-1 vraag 15
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
Buffer rekenen vwo 2021-1 vraag 15
Hallo, ik heb morgen examen en nog 1 vraagje. bij examen vwo 2021-1 vraag 15 stellen ze een BOE tabel op, maar hoezo moet je opeens al die concentraties invullen? Ik heb altijd gewoon de stoffen en dan bijv 0,100-x, concentratie h3o+ is c en de laatste stof is ook x, waaruit dan x2/0,100=KZ uitkomt, […]
Bekijk vraag & antwoord

Inloggen voor experts