Vraagbaak scheikunde
rekenen met basenparen
Vak
Scheikunde
Niveau
Vwo
Onderwerp
Buiten de categorieën
Leerjaar
6
- Dit onderwerp bevat 5 reacties, 3 deelnemers, en is laatst geüpdatet op 11 maanden, 3 weken geleden door docent Dick.
-
AuteurBerichten
-
evaGast
Hoi allemaal,
Ik heb een vraagje.Gegeven zijn 6 codons:
DNA:
11: GAT
12: GAC
13: GGG
14: TCT
15: GGC
16: CTGHet boek vraagt:
Bereken hoeveel procent van de hierboven weergeven basenparen maximaal kan wijzigen, zonder dat dit een verandering in de aminozuurvolgorde veroorzaakt.Ik heb geen idee hoe ik deze vraag aanpak. Ik dacht eerst bijvoorbeeld , ik neem codon 14: TCT. De aminozuur waar deze voor codeert is: UCU of te wel SER. Ik zie in Binas dat je Ser kan maken door: UCA, UCG, UCU, UCC, AGU, AGC. Dus dit kan je op 5 verschillende manieren doen, zodat de aminozuur hetzelfde blijft. Als ik dit doe voor allemaal, dan kom ik om 16x verschillende uit. Het boek zegt:
Het aantal basenparen dat kan wijzigen, zonder een verandering in de aminozuurvolgorde te veroorzaken is acht.Mijn vraag is dus, hoezo 8? Begrijp ik de vraag niet goed? Ik twijfel ook wat bedoelt wordt met basenparen… Zou iemand dit alles even voor me willen verduidelijken? Alvast hartelijk bedankt voor jullie moeite 🙂
Groetjes,
Eva.
MathijsExpertHoi Eva,
We hebben even met de experts overlegd, en het heeft ons ook even geduurd voor we de vraag precies begrepen! Als je goed de vraag bekijkt, zie je dat gevraagd wordt hoeveel basenparen in de code GAT GAC GGG TCT GGC CTG gewijzigd kunnen worden, voordat de aminozuurvolgorde verandert. Die aminozuurvolgorde wordt getransleert naar Asp-Asp-Gly-Ser-Gly-Ser. De vraag is dan hoeveel mutaties je maximaal in het DNA kan maken voordat je andere aminozuren krijgt. Omdat een codon uit 3 baseparen bestaat, kan je dus per codon nooit meer dan 3 mutaties uitvoeren. Er zijn echter wel 3^4 mogelijkheden om de 4 bases over de 3 posities te verdelen, en 5 daarvan coderen voor serine, zoals je al aangeeft, maar dat is hier nu net niet de vraag :-).
Om even een voorbeeldje te maken: Dat 14e codon, TCT, codeert voor serine. Nu, hoeveel baseparen kan je in dat codon veranderen terwijl het codon zelf nog voor serine blijft coderen? Je zou bijvoorbeeld de laatste base kunnen veranderen, zodat je TCA, TCG of TCC krijgt, dat allemaal voor serine codeert. Dan heb je 1 basepaar verandert. Als je dan nóg een base gaat veranderen in één van die 3 gemuteerde codons, verander je het aminozuur, dus dat mag niet meer. Als je echter niet het laatste basepaar, maar de eerste twee verandert, van TCT naar bijvoorbeeld AGT, kan je 2 aminozuren veranderen terwijl het codon nog steeds voor serine blijft coderen. Dus in codon 14, TCT, kan je maximaal 2 baseparen veranderen zonder dat je de aminozuurvolgorde in het peptide verandert.
Kan je op een vergelijkbare manier beredeneren hoeveel mutaties je in de andere codons aan kan brengen? En kom je dan op 8 posities?
Groetjes,
MathijsPS – wat achtergrondinfo: Zulk soort mutaties aanbrengen wordt trouwens relatief veel gebruikt in het genetisch modificeren van organismen. Als je bijvoorbeeld een eiwit uit een plant wil laten produceren door een bacterie, kan je tegen het probleem aanlopen dat de tRNAs die betrokken zijn bij het omzetten van het mRNA dat van het plantengen komt niet zoveel gemaakt worden door de bacterie, wat zorgt voor een langzamere translatie van het mRNA naar eiwitten. Tegelijkertijd kunnen andere tRNAs, die voor hetzelfde aminozuur coderen, juist wél in grote hoeveelheid aanwezig zijn in die bacterie. Dus door het aanbregen van slimme mutaties in het plantengen, kan je zo de productie van het planteneiwit in een transgene bacterie optimaliseren 🙂
RosaGastHoi!
Ik zit in 5vwo en was op biologiepagina de volgende vraag aan het maken:
Een mRNA bestaat uit 336 nucleotiden.
Uit hoeveel aminozuren bestaat de polypeptide?Het antwoord op deze vraag is 111, er staat echter geen duidelijke uitleg hoe ze aan dit antwoord gekomen zijn en in mijn tekstboek kan ik het ook niet vinden.
Vriendelijke groet, Rosa Laeven
Jan Wim PetersExpertHallo Rosa,
Je weet vast dat een codon- 3 basen achter elkaar- codeert voor 1 aminozuur. Maar hoe kom je dan aan 111? 336 : 3 is 112. Kijk eens in BINAS wat een startcodon en een stopcodon tot gevolg heeft. Welke aminozuren worden daardoor ingebouwd?
Waarschijnlijk kom je er zo uit; anders stuur je maar een vervolgvraag.
Succes en groet,
Jan Wim Peters
StachGastHoi Mathijs.
Ik snap het principe van deze vraag wel alleen kom uit op 9 in plaats van acht door TCT te veranderen in AGC. Waarom kan dit alleen in AGT verandert worden en niet AGC?
Vriendelijke groet, Stach
docent DickExpertBeste Stach,
De aminozuurvolgorde is volgens mij: Asp-Asp-Gly-Ser-Gly-Leu.
Als je codon TCT wijzigt in AGT verwissel je twee basen T en C.
AGT codeert ook voor SER, als je AGT wijzigt in AGC verwissel je 1 base.
Met vriendelijke groet,
Dick
Dick
-
AuteurBerichten
Bekijk ook eens