zouten en moleculaire stoffen in een oplossing
topicOver de vraagbaak

Vraagbaak scheikunde

zouten en moleculaire stoffen in een oplossing

  • Dit onderwerp bevat 4 reacties, 1 deelnemer, en is laatst geüpdatet op 9 maanden geleden door Louise.
5 berichten aan het bekijken - 1 tot 5 (van in totaal 5)
  • Auteur
    Berichten
  • #168602 Reageer
    Louise
    Gast

    Hallo, Ik moet oplossingen rangschikken van een laag kookpunt naar een hoog kookpunt. Er is gegeven dat de kookpuntverhoging evenredig is aan het aantal opgeloste deeltjes en van elke stof heb je 0,1 M

    Ik heb de volgende stoffen: Al(NO3)3  Mg(NO3)2. NaNO3 en (NH2)2CO

    Dit is het antwoord (volgens het antwoordenboekje):

    (NH2)2CO is een moleculaire stof; hij valt niet uit elkaar in oplossing.

    1 mol NaNO3 valt uiteen in 2 mol ionen.

    1 mol Mg(NO3)2 valt uiteen in 3 mol ionen en 1 mol Al(NO3)3 in 4 mol ionen.

    De juiste volgorde is dus: (NH2)2CO, NaNO3, Mg(NO3)2, Al(NO3)3.

    Ik snap niet hoe je kan zien in hoeveel mol iets uit elkaar valt.

    Alvast bedankt!

    #168603 Reageer
    wmoene
    Expert

    Beste Louise,

    Je hebt 4 stoffen die je moet vergelijken. Daarvan is er eentje een moleculaire stof, waarvan gesteld wordt dat die niet in ionen uiteen valt als je die oplost in water. Dat kun je vergelijken met suiker opgelost in water, de formule is een molecuulformule, 1 mol stof geeft 1 mol deeltjes in oplossing.

    De andere drie formules zijn van zouten,  stoffen die uit ionen zijn opgebouwd. 1 mol NaCl bestaat uit 1 mol Naionen en 1 mol Cl ionen, dus als je 1 mol NaCl oplost in water geeft dat 2 mol ionen in oplossing, dus 2 mol deeltjes.

    Het Mg zout en het Al zout hebben in hun verhoudingsformule meer dan 2 ionen zitten, Mg heeft er 3 (1 Mg2+ en twee nitraationen) vandaar dat het uiteenvalt in drie deeltjes. Het Al zout heeft zelfs 4 ionen per eenheid, kijk maar naar de coëfficiënten. Daar kun je aan zien hoeveel ionen er per eenheid inzitten.

    Hopelijk maakt dit het duidelijk.

    Hoeveel ionen zou 1 mol U(NO3)4 in oplossing geven?

    Met vriendelijke groet

    Wim Moene

    #168604 Reageer
    Louise
    Gast

    Hi,

    Dus dan valt 1 mol U(NO3)4  uit elkaar in 5 ionen?

    Maar waarom valt NaNOdan niet uiteen in 3 ionen? Want, je hebt dan toch Na+1, N en O.

    Heel erg bedankt!

    #168605 Reageer
    wmoene
    Expert

    Beste Louise,

    Dat komt omdat NO3 een samengesteld ion is dat niet verder uit elkaar kan vallen.

    Met het U zout zat je goed!

    Met vriendelijke groet

    Wim Moene

    #168606 Reageer
    Louise
    Gast

    Super bedankt! Ik snap het nu helemaal!

    Fijn weekend!

5 berichten aan het bekijken - 1 tot 5 (van in totaal 5)
Reageer op: zouten en moleculaire stoffen in een oplossing
Je informatie:



vraagbaak icoon zuur en base
Scheikunde | Vwo | 5
Vraag
zuur en base
Hallo, ik snap volgende reactie ook niet: een overmaat van een oplossing van mierenzuur reageert met vast calciumcarbonaat. het antwoord is: 2 HCOOH + CaCO3 -> H2O + CO2 + 2 HCOO-  Ik snap niet hoe het kan dat er links wel Ca staat, maar rechts niet. ik had zelf namelijk 2 HCOOH + CaCO3 […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Zuur-base
Scheikunde | Vwo | 5
Vraag
Zuur-base
Hallo, Bij een opdracht moet ik de volgende reactievergelijking opstellen: een oplossing van zwavelzuur reageert met een overmaat van natronloog. Ik had: H2SO4 + 2OH- -> SO42- + 2 H3O+ Echter moest het volgens het antwoord zijn: HSO4- + H3O+ + 2OH- -> 3 H2O + SO42- Ik snap niet hoe ze aan HSO4- komen aangezien […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Vervanging van zetmeel door fluorescence dye
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
Vervanging van zetmeel door fluorescence dye
Hii, Wij zijn twee V6 leerlingen die bezig zijn met ons PWS. Wij hebben het over de Briggs-Rauscher oscillerende reactie. Wij hebben bij meerdere documenten gelezen dat het zetmeel wat wordt gebruikt om triiodide aan te tonen te vervangen is met een fluorescence dye. Weet iemand hoe dit proces werkt en hoe wij dit moeten […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Kwalitatieve analyse
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
Kwalitatieve analyse
Geachte helper, Ik moet een kwalitatieve analyse uitvoeren, waarbij ik moet achterhalen welk van de volgende oplossingen gegeven is: Aantonen welke van de volgende oplossingen: oxaalzuur-oplossing, zwavelzuur-oplossing, natronloog of kalkwater, aanwezig is in de reageerbuis. Nu heb ik een tabel gemaakt, met daarin overzichtelijk weergeven wat de stoffen zijn en wat voor functies ze kunnen […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon fotonen
Scheikunde | Havo | 4
Vraag
fotonen
Ik doe een project, waarbij ik moet uitleggen wat fotonen zijn alleen kan ik niks vinden. Hebben jullie toevallig nog links naar goede site’s of zelf uitleg?? Alvast bedankt!
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon fasen van stoffen in een reactievergelijking
Scheikunde | Vwo | 5
Vraag
fasen van stoffen in een reactievergelijking
Goedemiddag. Ik ben momenteel bezig met zuur-basereacties. Ik loop alleen ergens tegenaan; hoe weet ik bij het opstellen van zo’n reactie in welke fase zo’n beginstof zich bevindt, kan ik dat in Binas vinden of moet ik dat gewoon weten? Soms schrijf ik (aq) op, maar is het (l), of andersom. Heel af en toe […]
Bekijk vraag & antwoord
studiehulp icoon 10 tips om uitlegvideo’s effectief te gebruiken
Vmbo | Havo | Vwo
Leertip
10 tips om uitlegvideo’s effectief te gebruiken
Haal meer uit het kijken van uitlegvideo's met deze tips.
Bekijk de tip
vraagbaak icoon Zuren en basen
Scheikunde | Vwo | 4
Vraag
Zuren en basen
Hallo, Ik moet bij deze opdracht een reactievergelijking opstellen, maar ik snap het niet helemaal. Ik moet de reactievergelijking geven als bariumoxide en verdund azijnzuur bij elkaar worden gevoegd. Ik dacht dat het antwoord CH3COOH (aq) + BaO (aq) -> Ba 2+ (aq) + CH3COO-. Het antwoord moest BaO + 2CH3COOH -> Ba2+ + H2O […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon azijnzuur en zuur-base
Scheikunde | Vwo | 4
Vraag
azijnzuur en zuur-base
Hallo, Bij een reactievergelijking van een zuur-base reactie moet ik de scheikundige naam weten van azijnzuur. Volgens Binas is dit ethaanzuur. Ethaan is C2H6 en zuur is H3O+, maar het antwoordenboekje geeft CH3COOH aan. Is dit een zuur waarvan je de naam gewoon uit je hoofd moet leren? Want ik snap de naamgeving niet helemaal. […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Uitleg vraag 22 van scheikunde examen 2023 eerste tijdvak.
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
Uitleg vraag 22 van scheikunde examen 2023 eerste tijdvak.
Hoi, ik begrijp vraag 22 niet helemaal, in het correctievoorschrift staat dat er 4 atoombindingen zijn, zou u aub willen uitleggen hoe ze daarop komen? Alvast bedankt!
Bekijk vraag & antwoord

Inloggen voor experts