hydraat oplossen
Over de vraagbaak

Vraagbaak scheikunde

hydraat oplossen

5 berichten aan het bekijken - 1 tot 5 (van in totaal 5)
  • Auteur
    Berichten
  • #154284 Reageer
    Sam
    Gast

    Ik loop helemaal vast bij deze vraag.
    Hoeveel gram Ni(NO3)2.6H2O dient in 100,0 g water opgelost te worden om een oplossing met 1,20 massa% nikkelionen te bekomen ?
    Ik heb als reactievergelijking opgesteld Ni(NO3)2.6H2O (s) –> Ni2+ (aq) + 2NO3- (aq) + 6H2O(l)
    Daarna had ik de mol van water uitgereken n = 100/ (18,015*6) = 0,925… mol H2O
    Daarna dacht ik molverhouding H2O:Ni2+ is 6:1, dus n(Ni+)= 0,925…/6=0,154… mol Ni+
    Daarna dacht ik massa% Ni+ is gelijk aan 1,20, dus 0,154…/100*1,2= 0,00185…mol
    Dus massa Ni(NO3)2.6H2O is gelijk aan 0,00185…*290,8= 0,538.. gram Ni(NO3)2.6H2O
    Maar het antwoord wat eruit moet komen is 6,32g.
    Ik weet niet of ik de vraag niet goed begrijp of iets over het hoofd zie.
    Zou iemand me kunnen helpen?

    #154288 Reageer
    luukgroot
    Expert

    Beste Sam,
    Dank voor je vraag, je hebt dus de volgende informatie:
    Ni(NO3)2.6H2O is 290,8 g/mol & Ni is 58,69 g/mol.

    Je moet dus 4,95x (290,8 / 58,69) zoveel nikkelzout afwegen voor een specifieke nikkel concentratie.
    Hoeveel gram nikkel moet je afwegen om 1,2% nikkel te behalen in 100ml water?
    En hoeveel nikkelzout moet je dan afwegen?

    Je komt er vast uit.

    #154289 Reageer
    Sam
    Gast

    Hey,

    Ik snap er eigelijk niks van.

    Ik begrijp niet hoe u komt aan 4,95; ik begrijp niet waarom je de molaire massa’s ineens deelt door elkaar; ik begrijp niet dat je mag zeggen van 100g water is 1,2% nikkel, want er is toch een molverhouding tussen water en nikkel van 6:1?

    Kunt u het iets specifieker uitleggen?

    #154290 Reageer
    luukgroot
    Expert

    Beste Sam,
    In de reactie vergelijking is vervolgens te zien dat het zout volledig oplost in ionen en water.

    De vraag is dus:
    Hoeveel gram Ni(NO3)2.6H2O (nikkelzout) dient in 100,0 g water opgelost te worden om een oplossing met 1,20 massa% nikkel te bekomen ?

    Om het mischien wat minder abstarct te bekijken, kan je ook het volgende zeggen:
    Hoeveel procent Ni zit in Ni(NO3)2.6H2O?

    • Dit is dus (fractie/geheel*100), oftwel (58,69u/290,8u*100) = 20,18%

    Hoeveel gram nikkelionen in 100,0 g water is nodig om 1,20 massa% nikkel te bekomen?

    • Dit is 100g / 100% * … aantal % nikkel = … aantal g nikkel

    Hoeveel gram nikkelzout in 100,0 g water is nodig om 1,20 massa% nikkel te bekomen?

    • … aantal g nikkel / 20,18% * 100%

    Op deze manier kom je er ook alleen dit heeft wat extra stappen.

    #154291 Reageer
    luukgroot
    Expert

    Verdere toelichting over Ni(NO3)2.6H2O:
    Dit is dus een zout dat wat water heeft opgenomen. Denk bijvoorbeeld aan suiker die dit vermogen ook heeft. Hierdoor kunnen wat grotere crystallen worden gevormd.

    Maar het blijft een vaste stof in dit scenario.
    Deze vaste stof wil je dus gaan oplossen in water om nikkel oplossing te maken.
    Je wilt dat deze oplossing een percentage heeft van 1,2% nikkel.

    Je hoeft niet te kijken naar molverhoudingen of aantal mollen in dit scenario in de reactievergelijking.
    Ik hoop dat dit je wat meer duidelijk brengt.

5 berichten aan het bekijken - 1 tot 5 (van in totaal 5)
Reageer op: Reactie #154289 in hydraat oplossen
Je informatie:



vraagbaak icoon H-bruggen en dipoolbindingen
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
H-bruggen en dipoolbindingen
Hey,   Mijn vraag was of H-bruggen een vorm van dipoolbindingen zijn? Want bij H-bruggen bindt toch ook de negatieve pool aan de positieve pool? Groetjes Sam
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Examen vwo 2023-2 vraag 4
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
Examen vwo 2023-2 vraag 4
Beste, bij vraag 4 moet je noemen welke bindingen bij factor 1 wordt bedoeld, met bijbehorende atoom groepen. Er staat ‘er bestaan interacties binnen het molecuul indigo, waardoor ze minder goed interacties met waterstof aangaan’. Hoezo is het antwoord van de interactie dan waterstofbruggen? Want die gaan ze toch juist niet aan? ik had wel […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Zuur identificeren aan de hand van de pkz waarde
Scheikunde | Mbo 2 | 1
Vraag
Zuur identificeren aan de hand van de pkz waarde
Beste Ik heb een onbekende zwak zuur 0,1 M van de lector gekregen en moet hem identificeren aan de hand van de pkz waarde. De exacte concentratie van NaOH is 0,008927 M. Ik heb het experiment uitgevoerd. Ik moest die 5 oplossingen maken en de pH meten van alle oplossingen. Oplossing 1 volume HZ (ml) 25,00 volume […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Scheikunde vwo examen 2022-3 vraag 2
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
Scheikunde vwo examen 2022-3 vraag 2
Beste, ik heb ook een vraag over scheikunde examen 2022-3 vwo vraag 2 ik had opgeschreven dat PCB-126 een platte vorm kan aannemen omdat het voornamelijk Cl heeft in de buitenkant en geen H, want PCB-54 heeft voornamelijk H’s in de buitenkant waardoor het waterstofbruggen vormt (en waardoor het dus geen platte vorm kan aannemen). […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Scheikunde examen VWO 2022-3 vraag 8
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
Scheikunde examen VWO 2022-3 vraag 8
Beste,   ik heb een vraag over scheikunde vwo examen 2022-3 vraag 8: het betreft een onderbouwing van de 2 conclusies   ikzelf had opgeschreven: (dat de ph afneemt en dat daardoor de reactie kan plaatsvinden) en dan als 2e conclusie: dat de polyaniline elektrode zorgt voor een toename van het rendement van de omzetting […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon molaire massa gelijk stellen aan gram
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
molaire massa gelijk stellen aan gram
vr17 2022-II. Waarom wordt de molaire massa van ethanol gewoon gelijk gesteld aan gram? Ze rekenen niks om
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Lewisstructuren
Scheikunde | Havo | 5
Vraag
Lewisstructuren
Hallo, ik had een vraag over het onderwerp lewisstructuren, moet je dit weten voor je examen? Ik heb dit namelijk echt nog nooit voorbij zien komen en ik snap er ook niks van. Zou je het kunnen uitleggen :)
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Redoxreactie
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
Redoxreactie
Hallo, vij het scheikunde examen 2015-1 vwo vraag 3 staat dat de deeltjes zich reageren met HNO3 en dat salpeterigzuur ook nog vrijkomt. Vervolgens zetten ze deze deeltjes niet in de reactie. Hoezo is dat? Ik had dat wel gedaan want ze stonden tenslotte in de vraag. Bij vraag 4 is het hetzelfde, ze zetten […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Evenwichtsvoorwaarde
Scheikunde | Vwo | 6
Vraag
Evenwichtsvoorwaarde
Goedemorgen, ik heb een vraag over het 2021 tijdvak 1 scheikunde vwo examen. De toets lukte redelijk goed tot en met vraag 8 waar ik na 15 minuten overdenken toch vastliep. Toen ik het antwoord bekeek, raakte ik nog meer verward. Ze zeggen namelijk in het antwoord dat ook al is 1 stof vloeibaar en […]
Bekijk vraag & antwoord
vraagbaak icoon Kan chloorgas de geleiding van elektriciteit belemmeren?
Scheikunde | Vwo | 5
Vraag
Kan chloorgas de geleiding van elektriciteit belemmeren?
Voor een onderzoek kijken wij naar de geleiding van zoutwater. Nu ontstond er bij ons experiment chloorgas, omdat er een reactie ontstond toen we er een stroom doorheen lieten gaan. Bij een temperatuur van 80 graden en een hoeveelheid van 40 gram zout in 200 ml water, ging de spanning ineens van 9,4 volt naar […]
Bekijk vraag & antwoord

Inloggen voor experts