Vraagbaak scheikunde
Overmaat
Vak
Scheikunde
Niveau
Vwo
Onderwerp
Chemisch rekenen
Leerjaar
4
- Dit onderwerp bevat 6 reacties, 2 deelnemers, en is laatst geüpdatet op 9 maanden, 3 weken geleden door Rob Hooft.
-
AuteurBerichten
-
LouiseGast
Hi,
Ik begrijp niet hoe je kunt weten welke ionen er in een oplossing zitten.
De opdracht is namelijk: Een oplossing van natriumchloride wordt bij een oplossing van zilvernitraat gegoten.
Bij het mengen wordt een overmaat natriumchlorideoplossing gebruikt.
Leg uit welke ionen nog in de oplossing aanwezig zijn. Geef de formule van deze ionen.
Het antwoord is: De Ag+(aq)-ionen zijn door de overmaat chloride-ionen allemaal verwijderd en omgezet in vast zilverchloride. Na+(aq), Cl−(aq) en NO3−(aq) zijn nog aanwezig.
Ik snap dus niet hoe je kan weten welke ionen zijn omgezet en welke niet?
Alvast bedankt!
Aky van der BeekGastBeste Louise,
Als 2 zoutoplossingen bij elkaar worden gevoegd, schrijf je op welke ionen door iedere zout oplossing gevormd worden. In binas tabel 45 kun je vinden welke zouten goed oplosbaar zijn en welke matig of slecht oplosbaar zijn. In jouw vraag worden een natriumchloride en een zilvernitaatoplossing bij elkaar gevoegd. Deze geven resp. Na+, Cl- en Ag+ , NO3- ionen. De gebruikte zouten zijn goed oplosbaar. Ga dat maar na in tabel 45. Worden de oplossingen bij elkaar gevoegd dan komen de ionen met elkaar in contact (ze zwemmen als visjes door de oplossing). Een + en – ion trekken elkaar aan. Ga na welke onoplosbaar zout er gevormd kan worden uit de aanwezige ionen. Omdat Na+ en Cl- in overmaat aanwezig zijn, blijven deze ionen over.
Ik hoop, dat je met bovenstaande informatie begrijpt, waarom er geen Ag+ ionen aanwezig zijn.
Succes en groeten,
Aky
LouiseGastHi,
Dus omdat Ag+ slecht oplosbaar is, verdwijnt deze stof. Maar omdat Cl – als overmaat aanwezig verdwijnt deze niet?
Bedankt!
Jan Wim PetersExpertHallo Louise,
Ik zag toevallig jouw laatste opmerking over Overmaat.
Dus omdat Ag+ slecht oplosbaar is, verdwijnt deze stof. Maar omdat Cl – als overmaat aanwezig verdwijnt deze niet?
Hierin geef je aan dat je het nog niet helemaal begrijpt. Misschien dat je het nu/vandaag wel snapt.
Ag+-ionen kunnen niet slecht oplosbaar zijn. De stof AgCl is slecht oplosbaar. Als 1 mol Ag+ mengt met 2 mol Cl– krijg je 1 mol AgCl(s) neerslag en blijft er een overmaat van 1 mol Cl– in oplossing.
Dat wilde ik toch nog even rechtzetten.
Groet,
Jan Wim Peters
LouiseGastHi,
Dus, natrium en chloride zitten nog in de oplossing, omdat ze in overmaat zijn toegevoegd. Maar er zit geen Ag+ meer in, omdat dit een neerslag vormt met de cl–?
Heel erg bedankt!
LouiseGastIs er dan nog nitraat aanwezig, omdat dat goed oplost met zilver. Dus dat geen neerslag kan vormen?
Rob HooftExpertJa, dat zie je goed!
Er is zelfs een oplossing van zilvernitraat gebruikt aan het begin. Dat zout lost prima op. Ook natriumchloride lost prima op. Als je die twee oplossingen mengt is er een slecht oplosbare combinatie: zilver-ionen en chloride. Als er na de neerslagvorming van zilverchloride alleen nog nitraat, natrium-ionen en chloride in de oplossing zitten dan zijn er geen slecht oplosbare combinaties meer.
Jan-Wim past hierboven een mooie truc toe: in de opgave staat alleen een “overmaat”, maar hij hangt daar om er mee te kunnen rekenen als voorbeeld echte getallen aan: je begint met 1 mol zilvernitraat in oplossing en 2 mol natriumchloride in oplossing, en eindigt met 1 mol zilverchloride neerslag. Als je dat netjes doorwerkt kun je precies volgen hoeveel er van elk van de ionen nog in de oplossing over is!
-
AuteurBerichten
Bekijk ook eens