Radon is een radioactief edelgas met een halfwaardetijd van minder dan vier dagen. Het komt op aarde voor als verval product van radium, dat in zeer kleine hoeveelheden aanwezig kan zijn in bouwmaterialen. Aangezien het zwaarder is dan lucht hoopt radon zich op in kelders en kruipruimten. Voorafgaand aan aardbevingen is vaak een sterke stijging in de radon concentratie waar te nemen.
Symbool
Rn
Protonen/elektronen
Groep
Isotopen
211Rn, 220Rn, 222Rn
Periode
6
Elektronenconfiguratie
[Xe] 4f145d106s26p6
Blok
p
Elektronencofiguratie Bohr
2,8,18,32,18,8
Bij kamertemperatuur
gas
Elektronegativiteit
–
Dichtheid
9.07 kg m-3
Atoomstraal
–
Smeltpunt
-71 oC (202 K)
Relatieve atoommassa
222
Kookpunt
-62 oC (211 K)
Soortelijke warmte
–
Warmtegeleidingscoëfficiënt
–
Selecteer
Toepassingen
Naam & ontdekking
Voorkomen
Bereiding
Beeld en audio
Toepassingen
Toepassingen
Aardschokvoorspeller
Het verband tussen de radonconcentratie en aardbevingen is nog niet geheel duidelijk. Wel is vastgesteld dat voorafgaand aan een aardbeving, tijdens de zogenoemde opbouwfase waarin de spanning in gesteenten sterk toeneemt, vaak een sterke toename in de radon concentratie optreedt. Na de beving volgt vrijwel altijd een scherpe daling. Sommige aardschokdetectoren zijn op dit principe gebaseerd.
Meer toepassingen
- Bestraling van kankergezwellen op het oppervlakteweefsel (222Rn in zeer kleine goudstaafjes of -capsules, die ‘seeds’ genoemd worden).
- Opsporen van bodemverontreiniging door koolwaterstoffen.
Naam & ontdekking
Naam
De Schotse chemicus William Ramsay (foto) stelde de naam in 1923 voor vanwege het feit dat radon het eerste verval product is van radium.
Tot dan toe waren radon-isotopen bekend onder verschillende namen. De eerste min of meer ‘officiële’ naam voor het element was niton, ook afkomstig van Ramsay. Hij leidde die naam af van het Latijnse nitens, dat glinsterend betekent. Ramsay doelde daarmee op de fosforescerende eigenschappen van de ’thorium-emanatie’ die later dus radon bleek te zijn.
Ontdekking
Bij het bestuderen van de radioactieve vervalreeksen van – onder andere – thorium en actinium ontdekten verschillende onderzoekers in de eerste vijf jaar van de twintigste eeuw een aantal isotopen van radon. Deze werden steeds vernoemd naar het element waaruit ze ontstonden: (bv.
uit thorium, thorium-emanatie of thoron: 220Rn;
uit actinium, actinium-emanatie of actinon: 219Rn;
uit radium, radium-emanatie of radon: 222Rn.
De Duitse natuurkundige Friedrich E. Dorn was in 1900 de eerste die radon ontdekte in de vervalreeks van radium. Zijn Nieuw-Zeelandse collega Ernest Rutherford toonde het radioactieve gas in hetzelfde jaar aan in de vervalreeks van thorium. In 1902 slaagden Rutherford en Frederick Soddy er als eersten in om een radon-isotoop daadwerkelijk te isoleren (uit thorium). In 1910 lukte het de Schotse chemicus William Ramsay en zijn Engelse collega Robert Whytlaw-Gray om 222Rn te isoleren en de dichtheid te bepalen. Het bleek om het zwaarst bekende gas te gaan.
Voorkomen
Voorkomen
Radon is één van de meest zeldzame elementen. Het heeft naar schatting een – minuscuul – aandeel in de aardkorst van ongeveer 4.10-17 %. Daarmee staat het op plaats 88 in de lijst van meest voorkomende elementen.
Radon ontstaat bij het radioactieve verval van uraan, thorium en actinium. Het komt voor in de atmosfeer, onder andere als gevolg van vulkaanuitbarstingen. Ook zijn sporen radon aangetroffen in bronwater nabij vindplaatsen van uraanmineralen, zoals in Joachimsthal (Tsjechië).
Radon is ook aan te treffen in (kruipruimten van) woningen. Veel grond- en steensoorten bevatten sporen van uranium die tot radium vervallen, dat op zijn beurt weer vervalt tot radon. Ook verschillende bouwmaterialen geven om dezelfde reden radon af.
Foto: radon testkit
Bereiding
Bereiding
Vroeger
Het eerst bekende radon werd geïsoleerd uit vervalproducten van radium.
Tegenwoordig
Radon is te verkrijgen uit vervalproducten van radium en bij het opwerken van splijtstofstaven uit kernreactoren.