Polonium is een zeer radioactief metaal dat in de natuur vooral voorkomt in de vorm van het isotoop polonium-210. Het dodelijke element werd in 2006 gebruikt voor de moord op de Russische dissident Litvinenko. Polonium werd ontdekt door Marie Curie na het verwerken van onvoorstelbare hoeveelheden uraniumerts-restanten. In tabak zijn minuscule hoeveelheden polonium te vinden. Sommige wetenschappers veronderstellen dat de aanwezigheid van het element rol speelt bij het ontstaan van longkanker.
Symbool
Po
Protonen/elektronen
Groep
Isotopen
209Po, 210Po
Periode
6
Elektronenconfiguratie
[Xe] 4f145d106s26p4
Blok
p
Elektronencofiguratie Bohr
2,8,18,32,18,6
Bij kamertemperatuur
vast
Elektronegativiteit
1,8 (Pauling)
Dichtheid
9400 kg m-3
Atoomstraal
140 10-12m
Smeltpunt
254 oC (527 K)
Relatieve atoommassa
209
Kookpunt
962 oC (1235 K)
Soortelijke warmte
–
Warmtegeleidingscoëfficiënt
–
Selecteer
Toepassingen
Naam & ontdekking
Voorkomen
Bereiding
Beeld en audio
Toepassingen
Toepassingen
Nucleaire batterij
Instabiele poloniumkernen vallen uiteen volgens
Dit is een tamelijk intense nucleaire ontleding die veel reactiewarmte oplevert. Polonium zendt vijfduizend keer zoveel straling uit als een even grote hoeveelheid radium. Deze warmte is vervolgens om te zetten in elektrische energie via het thermo-elektrische effect, bijvoorbeeld met thermo-elementen van loodtelluride of kobaltsilicide.
Zo ontstaat een lichtgewicht energiebron die gebruikt wordt in ruimteschepen, satellieten en maan stations. De Russische maansonden “Lunochod I en II” maakten gebruik van dergelijke batterijen. Voor een batterij van 1kW is een verbinding overeenkomstig met 7 gram polonium nodig. Dit is vaak aanwezig in verbindingen (poloniden) met zeldzame aarden.
Neutronenbron
Men gebruikt 210Po als zogenoemde indirecte neutronenbron. Daarbij vangt berylliumoxide de uitgezonden alfadeeltjes van het polonium in. Vervolgens ontstaan neutronen volgens
Meer toepassingen
In verbindingen
- activeringsanalyse (210Po-verbindingen)
- a-bron (210Po-verbindingen)
- antistatisch maken van textiel
- verwijderen van filmstof
Naam & ontdekking
Naam
De naam polonium is afgeleid van het Latijnse Polónia, de naam voor Polen, het geboorteland van ontdekster Marie Curie (foto).
Ontdekking
Marie Curie-Sklodowska ontdekte polonium in 1898 in het uraanerts pekblende. De straling van het pekblende was namelijk veel groter dan op grond van het aanwezige uraan was te verklaren. Marie Curie ging op zoek naar de stof die deze straling moest veroorzaken. Uit 2 ton pekblende wist ze 2 milligram materiaal te isoleren, dat voor ongeveer 5% uit 210Po bestond.
Het was voor ’t eerst dat de ontdekking van een element werd aangetoond én ‘officieel’ toegewezen, terwijl er geen tastbare hoeveelheid beschikbaar was voor het vastleggen van de chemische eigenschappen.
Marie Curie ontving in 1903 de Nobelprijs voor natuurkunde (samen met haar man Pierre Curie en hun voorganger Henri Becquerel en in 1911 de Nobelprijs voor scheikunde.
Voorkomen
Voorkomen
Polonium is zeldzaam. Het is het 88e element in de rangorde van voorkomen, met een gewichtsaandeel in de aardkorst van ongeveer 2.10-18 %.
Polonium is aan te treffen in uraan- en thoriumertsen zoals pekblende (uraniet (UO2), foto) en thoriet, als onderdeel van de radioactieve vervalreeks (ca. 1 mm per ton). Alle 25 isotopen van polonium zijn radioactief.
Winning
Het belangrijkste wingebied van polonium lag vroeger in Bohemen (bij Joachimsthal in het huidige Tsjechië). Tegenwoordig wordt het synthetisch gemaakt en komt het vrij bij de opwerking van splijtstofstaven van kernreactoren.
Bereiding
Vroeger
Polonium werd verkregen door opwerking van zeer grote hoeveelheden uraanerts. Uiteindelijk moesten daarbij de voorkomende bismutzouten afgescheiden worden. Het door leiden van H2S leidde tot de vorming van sulfiden, die in vacuüm bij 700 °C van elkaar te scheiden waren omdat poloniumsulfide veel vluchtiger is dan bismutsulfide.
Tegenwoordig
Polonium wordt gemaakt door bismut of lood te beschieten met neutronen in een cyclotron:
Metallisch polonium is te verkrijgen via vacuümdestillatie van het bestraalde bismut, maar ook via elektrolyse. Als men een zilveren plaatje in een oplossing van poloniumnitraatoplossing steekt, zet zich daarop zuiver polonium af.