Geboren: 15 juli 1915, in Vallejo (Verenigde Staten).
Overleden: 26 december 2010, in Berkeley (Verenigde Staten).
Amerikaans kernfysicus.
Studie
Hij studeerde elektrotechniek (graad in 1937) aan de Universiteit van Californië (Berkeley) . Tijdens zijn studie raakte hij bevriend met Glenn T. Seaborg, wat uitmondde in de ontwikkeling van het cyclotron en de ontdekking van diverse elementen.
Loopbaan
Van 1942 – 1946 was hij staflid van het Metallurgical Laboratory in Chicago, van 1946 – 1982 onderzoeksleider aan de Universiteit van Californië (Berkeley) en van 1957 – 1971 directeur van HILAC. Hij kreeg vele onderscheidingen o.a. in 1966 een eredoctoraat van het Gustav Adolfcollege en in 1973 de ACS-Award Nuclear Application in Chemistry. In 2004 ontving hij de ‘Lifetime Achievement Award’ van de Radiochemistry Society.
Belangrijkste werk
Hij werkte in verschillende teams aan de Berkeley University (Californië) aan de synthese van nieuwe transurane elementen. In 1944 en 1945 maakte hij, samen met G. T. Seaborg, R. A. James en L.O. Morgan , de elementen 95 (americium) en 96 (curium) door beschietingen met deeltjes in het cyclotron. Met S. G. Thompson en G. T. Seaborg verkreeg hij in 1950 element 97 (berkelium) door beschieting van americium met a-deeltjes. In datzelfde jaar maakte hij, samen met K. Street, element 98 (californium).
In 1954 en 1955 kondigde hij samen met B. G. Harvey, G. Choppin, S. G. Thompson en G. T. Seaborg de ontdekking van de elementen 99 (einsteinium), 100 (fermium) en 101 (mendelevium) aan. In 1961 verkreeg hij, met T. Sikkeland, A. F. Larsh en R. M. Latimer element 102 (nobelium) en 103 (lawrencium).