Geboren: 6 augustus 1766 in East Dereham (Norfolk).
Overleden: 22 december 1828 in Londen.
Engels arts, natuur- en scheikundige.
Studie
Hij studeerde van 1782 – 1787 talen en geneeskunde in Cambridge en promoveerde daar in de geneeskunde (1793).
Loopbaan
Na 7 jaar als arts te hebben gewerkt in Bury St. Edmunds en Huntingdon (1789 – 1795) werd hij assistent van S. Tennant in Cambridge. In 1794 werd hij secretaris van de Royal Society.
Belangrijkste werk
Zijn onderzoeksterrein lag vooral op het gebied van de kristallografie en mineralogie. Hij toonde aan dat statische en dynamische elektriciteit hetzelfde waren. Hij deed ook onderzoek op het gebied van de optica (breking, spectra) en onderzocht het verband tussen de gehoorgrens en de frequentie van het geluid.
Hij ontwikkelde een methode om platina te smelten – wat hem veel inkomsten opleverde – en in 1803 ontdekte hij in ruw platina de edelmetalen rhodium en palladium. Hij verkreeg tevens platina in zuiver vorm. Hij vond tevens een methode om een zeer dunne metaaldraad te vervaardigen (Wollastondraad).
In 1810 isoleerde hij het eerste (natuurlijke) aminozuur cysteïne.
Het mineraal Wollastoniet werd naar hem genoemd.